Het is een wijdverbreid misverstand dat mr. geen punt zou krijgen omdat de laatste letter van de afkorting ook de laatste letter van het woord meester is. Dat is nooit een officiële spellingregel geweest. Een punt achter een afkorting is een signaal voor de lezer dat het om een afkorting gaat, en zegt verder niets over het woord zelf. Mr. krijgt dus net als mw. (‘mevrouw’), nto. (‘netto’) en nr. (‘nummer’) gewoon een punt.

Puntenstrijd

De zogenoemde ‘puntenstrijd’ is vooral opgelaaid na de invoering van de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek (november 1993). Daarin stonden titels als mr. en dr. zonder punt vermeld.

In juli 1999 is de Wet op het hoger onderwijs en wetenschappelijk onderzoek herzien en in de nieuwe versie staat conform het Groene Boekje dat alle afkortingen van academische en vergelijkbare titels met een kleine letter én een punt moeten worden geschreven: ir., ing., mr., drs., bc., ir., ds. en dr.

LLM

Met de invoering van het bachelor-masterstelsel in 2002 komen ook steeds meer Engelse titels voor. Die worden met hoofdletters geschreven, krijgen geen punt en komen achter de naam (eventueel na een komma). Een meester is in dat systeem een Master of Laws: LLM. Een bachelor in de rechten voegt LLB toe.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!