De bijzin ‘die hier al de hele dag ben’ heeft als onderwerp die. Omdat die terugverwijst naar het woord ik, dat een eerste persoon enkelvoud is, staat de persoonsvorm ook in de eerste persoon enkelvoud: vandaar dat ben juist is.

Vergelijk ook: ‘Hoe kun jij, die dat boek niet gelezen hebt, weten dat het een stom boek is?’ Hier verwijst die naar jij, een tweede persoon enkelvoud: vandaar hebt.

Zulke zinnen komen niet vaak voor. Veel vaker zien we zinnen als de volgende:

  • Ben ik de enige die nu naar huis gaat?
  • Ahmed, die nu vijftig is, heeft drie kinderen.
  • De huisarts, die me al jaren kent, is met zwangerschapsverlof.
  • Ik, degene die hier het langst werkt, heb een andere baan.
  • Jij bent iemand die altijd gelijk heeft.
  • Ik ben degene die vaak als eerste wat zegt.

In al deze zinnen hoort die steeds bij een derde persoon, zoals een eigennaam of een woord als degene of iemand; daarom staat het werkwoord in de bijzin ook steeds in de derde persoon enkelvoud.