Is andere of anderen juist in de volgende zin? ‘Deze auto is zuiniger dan alle andere(n) in onze showroom.’

In het algemeen kun je zeggen dat je met anderen alleen naar personen kunt verwijzen. Met andere verwijs je naar niet-personen (zaken, dingen, instanties of dieren) in zinnen als:

• Deze auto is zuiniger dan de andere in deze showroom.
• Sommige honden luisteren beter dan andere.
• Sommige bedrijven zijn grote winsten blijven maken, terwijl andere het moeilijk hadden.
• Onze ondernemingsraad is actiever dan veel andere.

Wanneer is anderen goed?

Anderen met een -n is juist als je ermee naar meerdere personen verwijst én als je het zelfstandig gebruikt. Met dat laatste is bedoeld: er staat geen zelfstandig naamwoord achter waar het betrekking op heeft en je kunt ook geen zelfstandig naamwoord in gedachten aanvullen dat in dezelfde zin staat of in een voorafgaande zin. Als andere wel naar personen verwijst, maar niet zelfstandig wordt gebruikt, komt er toch geen n achter. Bijvoorbeeld:

• Mijn auto is zuiniger dan die van anderen. (= ‘van andere mensen’)
• Ik belde eerst mijn vader op en toen alle anderen. (= ‘alle andere familieleden’, alle andere bekenden)
• Mijn nieuwe directe collega’s zijn net zo aardig als de andere. (bedoeld is: ‘de andere collega’s’; collega’s staat vlakbij en kun je gemakkelijk invullen)
• Sommige medewerkers zijn langer gebleven, terwijl andere de volgende dag eerder begonnen. (bedoeld is: ‘andere medewerkers’; medewerkers staat vlakbij)

In de laatste twee zinnen hierboven is andere niet zelfstandig gebruikt. Daarom komt er geen -n achter. Het is anders in bijvoorbeeld:

• Enkele medewerkers zijn langer gebleven. Dat waarderen we zeer! Het was nu eenmaal een spoedklus en het was dus even alle hens aan dek. Wat ik mooi vond om te merken is dat anderen de volgende dag eerder zijn begonnen. (bedoeld is: ‘andere medewerkers’; medewerkers staat tamelijk ver weg)

Dit verschil zie je ook bij onder andere(n).

Enkele(n), sommige(n), enz.

De regels voor andere(n) gelden ook voor vergelijkbare woorden als enkele(n), sommige(n), vele(n) en weinige(n).

• De leerlingen leverden hun werkstuk bijna allemaal in, maar enkele hadden een dag uitstel gekregen. (= ‘enkele leerlingen’; leerlingen staat vlakbij)
• Sommigen hebben ook altijd geluk. (= ‘sommige mensen (in het algemeen)’)
• De meeste bezoekers wisten de weg, maar sommige moesten even geholpen worden. (= ‘sommige bezoekers’; bezoekers staat vlakbij)
• Er is mij door velen gevraagd wat ik ervan vond. (= ‘veel mensen (in het algemeen)’)
• Slechts weinigen houden een dieet meer dan drie maanden vol. (= ‘weinig mensen (in het algemeen)’)
• Jullie zijn de enigen die ook met slecht weer naar hun werk fietsen. (= de enige collega’s of de enige mensen die ik ken)

Let op: voor beide en alle zijn de regels net iets anders.

Bijvoeglijke naamwoorden

Ook bijvoeglijke naamwoorden volgen bovenstaande regels:

• Nieuwe auto’s zijn zuiniger dan oude.
• De goede mensen moeten onder de kwade lijden. (kwade is niet zelfstandig gebruikt)
• De goeden moeten onder de kwaden lijden.
• Zij zijn de besten in hun vakgebied.

Zie ook de pagina over ‘de langste(n) van de wereld’.