Anti kun je meestal vast schrijven aan het woord waar het bij hoort: antiaanbaklaag, antidiefstalpoortje, antikapitalisme, antiracismedemonstratie, enz. Maar ook anti-aanbaklaag, anti-diefstalpoortje, anti-kapitalisme en anti-racismedemonstratie (of anti-racisme-demonstratie) zijn goed. Je mag namelijk altijd een streepje gebruiken om een lange samenstelling gemakkelijker leesbaar te maken.

Soms is het streepje na anti verplicht:

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!

  • als het woord ná anti met een e, een i of een j begint en er dus klinkerbotsing zou ontstaan: anti-epileptisch, anti-intellectueel, anti-jachtlobby;
  • als het woord ná anti met een hoofdletter begint: anti-Cruijff, anti-Duits, anti-Europees, anti-Joods, anti-Vietnamdemonstratie;
  • voor een (letter voor letter uitgesproken) afkorting: anti-tv-campagne, anti-zzp-klimaat.

Veel mensen denken dat na het voorvoegsel anti- sowieso een koppelteken komt. Maar dat is nooit een officiële regel geweest: in het Groene Boekje uit 1954 werden woorden als antisemitisch en antirevolutionair al zonder streepje geschreven, en dat is nog steeds zo. Wel staat er sinds 1995 expliciet in de spellingregels dat je een koppelteken mag toevoegen als je vindt dat dit de leesbaarheid ten goede komt.

Zij zijn erg anti-voetbal

Je kunt het streepje na anti- ook gebruiken om een tegenstelling te benadrukken, zoals in anti-fiets. ‘Zij zijn anti-fiets’ betekent dan ‘zij willen nooit fietsen’. ‘Onze buren zijn erg anti-voetbal’ wil dan zeggen dat de buren totaal niet van voetbal houden. ‘Wij houden niet van antivoetbal’ betekent eerder: ‘wij houden niet van extreem defensief voetbal; zo is voetbal niet bedoeld’.

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar

Bel 085 00 28 428 Bel 085 00 28 428

(gebruikelijke belkosten, geen extra kosten)

Of stel je vraag via social media of per mail