Bij werkwoorden als hopen, denken, vinden, verwachten en graag hebben kan niet zowel in de hoofdzin als in de bijzin staan zonder dat de betekenis van de zin verandert:

1a Ik denk niet dat ik naar het feest ga.
1b Ik denk dat ik niet naar het feest ga.
2a Mijn ouders hebben niet graag dat ik rook.
2b Mijn ouders hebben graag dat ik niet rook.
3a Ze verwacht niet dat hij mee-eet.
3b Ze verwacht dat hij niet mee-eet.

De a- en b-zinnen betekenen bijna hetzelfde. Hooguit komen de a-zinnen iets subjectiever over: het perspectief wordt sterker bij het onderwerp van de hoofdzin gelegd en bij zijn/haar/hun idee dat iets niet gebeurt, goed is of lukt. De b-zinnen komen iets neutraler en zakelijker over.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar.

Stel hier je vraag