Wijten aan en danken aan betekenen allebei ‘toeschrijven aan’. Als het om iets negatiefs gaat (zoals een infectie), krijgt wijten aan vaak de voorkeur. Als de context neutraal of positief is, krijgt danken aan de voorkeur. ‘Die infectie is te danken aan een bacterie’ is echter niet ‘fout’. Je kunt danken aan ook in negatieve(re) contexten gebruiken.

Wijten aan: ‘de schuld’ van iets of iemand

Wijten aan betekent ‘toeschrijven van iets negatiefs aan iets of iemand’. Je geeft iets of iemand dan dus ergens ‘de schuld van’. Bijvoorbeeld:

  • Ik wijt het verlies van mijn baan aan hun tegenwerking.
  • Het fatale ongeluk is te wijten aan de onoverzichtelijke verkeerssituatie.
  • De opwarming van de aarde is te wijten aan het broeikaseffect.

Danken aan: neutraal of positief

Danken aan betekent ‘toeschrijven van iets prettigs (of in elk geval niet-negatiefs) wat je is overkomen aan iets of iemand’.

  • Die schitterende baan heeft hij te danken aan zijn vader.
  • De winst is helemaal te danken aan hun inzet.
  • Heb ik die mooie bos bloemen aan jou te danken?

Ironisch gebruik van danken aan

In een zin als ‘Die lekkage heb ik zeker aan jullie loodgieter te danken!’ wordt danken aan ironisch gebruikt. De spreker zegt dan eigenlijk: ‘Nou, ‘dank je weI’ hoor, voor alle overlast die we door de fout van jullie loodgieter hebben gehad.’ In een niet-ironische zin past wijten aan het best: ‘De lekkage was te wijten aan een fout van de loodgieter.’

Als je je neutraler wilt uitdrukken, kun je toeschrijven aan of komen door gebruiken: ‘Ik schrijf die lekkage toe aan de werkzaamheden van jullie loodgieter’, ‘Volgens mij komt die lekkage door de werkzaamheden van jullie loodgieter.’

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar.
https://onzetaal.nl/taalloket/vraag-stellen