Het Nederlands heeft sieraad uit het Duits geleend, vermoedelijk al in de zestiende eeuw. In het Duits was de gangbare spelling in die tijd Zierat. Sieraad is dus in z’n geheel overgenomen uit het Duits, waarbij de enkele r bewaard bleef.

Wie sieraad met dubbel r schrijft, beschouwt het waarschijnlijk als een samenstelling van sier en raad: ‘iets wat je draagt voor de sier’. Dat is op het eerste gezicht best logisch. Er bestaan immers ook woorden als sierbestrating en sierpompoen. Daarin is sier- echter de stam van het werkwoord sieren (dat overigens ook uit het Duits komt).

Verwarrend is wel dat in het Duits Zierrat tegenwoordig juist met twee r’en wordt geschreven ... In het Nederlands is alleen sieraad met één r goed.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar.

Stel hier je vraag