Metonymie (ook wel: metonymia) is een stijlfiguur. Je gebruikt metonymie als je niet rechtstreeks zegt wat je bedoelt, maar een woord gebruikt dat daarmee te maken heeft. Dat woord roept datgene wat je bedoelt als het ware op.

Zo kun je spreken van koppen tellen, terwijl je bedoelt: ‘mensen tellen’. In plaats van het ‘geheel’ (mens) noem je een onderdeel (kop). En als je zegt dat er een mooie zonsondergang boven je bank hangt, gebruik je ook metonymie: er hangt een afbeelding van een zonsondergang boven je bank.

Als je metonymie gebruikt, ‘verschuif’ je dus als het ware je woordgebruik een klein beetje. Specifiekere vormen van metynomie zijn onder meer:

Klik op het tabblad ‘Voorbeelden’ voor meer voorbeelden van metonymie.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!

Voorbeelden van metonymisch taalgebruik

  • Wij krijgen een nieuwe badkamer. (bedoeld is: een nieuwe inrichting van de badkamer)
  • Ik ben dol op de polderlandschappen van Willem Roelofs. (bedoeld is: schilderijen van polderlandschappen)
  • In zo’n bloot badpak durf ik me niet te vertonen hoor. (bedoeld is: een badpak dat veel bloot laat zien)
  • Zoek toch eens een leuk vriendje; je komt altijd maar aanzetten met zo’n babyface. (bedoeld is: een (volwassen) man die een babyface heeft)
  • Marianne Timmer won in 1998 en in 2006 goud. (bedoeld is: een gouden medaille)
  • Ghana speelde vanavond zijn laatste groepswedstrijd. (bedoeld is: het Ghanese team, voetbalelftal o.i.d.)
  • De schuwe pluimstaart klom heel snel de boom in. (bedoeld is: de eekhoorn (met z’n pluimstaart))
  • Zij ondernam een lange reis om in de National Gallery of Victoria in Melbourne die ene oude meester te kunnen zien. (bedoeld is: een schilderij van een beroemde (meester)schilder, met name uit de Gouden Eeuw)
  • Heb je je tong verloren? (bedoeld is: je vermogen om te praten – ‘je tong te roeren’)
  • Dat is een moeilijke vraag. (bedoeld is: een vraag waarop het moeilijk is antwoord te geven)
  • Ik weet een lekker recept met zoete aardappelen. (bedoeld is: een lekker gerecht (op basis van een goed recept))
  • Onze buren hebben lekkage. (bedoeld is: (in) het huis van de buren lekt (het))
  • In steden is nu eenmaal meer hoogopgeleid werk te vinden. (bedoeld is: werk dat past bij iemand die hoogopgeleid is)
  • Het hele land hield zijn adem in terwijl de scheidsrechters overlegden. (bedoeld is: de inwoners van het land die de wedstrijd volgden)
  • Amerika stemde tegen het voorstel. (bedoeld is: de Amerikaanse aanwezigen/delegatie)
  • In 2013 deed Beatrix afstand van de kroon. (bedoeld is: afstand van de vorstelijke macht)
  • Alcohol en verkeer zijn een slechte combinatie. (bedoeld is: het gebruik van alcohol en het deelnemen aan het verkeer)
  • Mijn opa heeft een anker op zijn onderarm. (bedoeld is: een tatoeage van een anker)
  • Mijn broer en zus zijn Stieren. (bedoeld is: hebben allebei als sterrenbeeld Stier)
  • Mijn zus kwam aanzetten met haar nieuwste verovering: een blonde bink. (bedoeld is: een bink met blond haar)
  • Iedereen riep om meer blauw op straat. (bedoeld is: meer politieagenten (in blauwe uniformen) op straat)
  • De hele stad was uitgelopen om de kampioenen toe te juichen. (bedoeld is: heel veel mensen uit de stad)
  • De hele straat zette deuren en ramen open na de verkoelende regenbui. (bedoeld is: alle mensen in de straat)
  • De grote namen in het peloton lieten zich nog niet zien. (bedoeld is: de beste wielrenners, de wielrenners van naam) 
  • Heb jij dat blikje cola opgedronken? (bedoeld is: de cola in het blikje)
  • Kom onze nieuwe menukaart proeven! (bedoeld is: de gerechten op onze nieuwe menukaart)

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!