Woorden als keer, maal, jaar, kilo en euro, die hoeveelheden aangeven, staan vaak in het enkelvoud na een bepaald telwoord: twee keer, tien jaar, zes kilo en honderd euro. Maar na woorden als een aantal, meerdere, heel wat en een handvol staan ze meestal in het meervoud.

Voorbeelden:

  • Ik heb het je al een aantal keren gezegd.
  • We hebben hier een flink aantal jaren gewoond.
  • Ik heb meerdere/verschillende/verscheidene jaren in het buitenland gewoond.
  • Er zijn hier heel wat kilo’s zand gestort.
  • De kinderen verdienden een handvol euro’s met hun limonadekraampje.

Een aantal keer, jaar, enz.

Ook een aantal keer en een aantal jaar zijn mogelijk. Voor sommige mensen is er een klein nuanceverschil.

Een zin als ‘Ik heb het een aantal keer gezegd’ zie je vooral als het gaat om het totaal van de keren dat iets is gezegd (namelijk: in totaal zeker meer dan één keer). In ‘Ik heb het een aantal keren gezegd’ ligt er iets meer nadruk op de verschillende keren (momenten) waarop iets is gezegd.

Hetzelfde geldt voor ‘We hebben er een aantal jaar met plezier gewoond’ (een periode) en ‘We hebben er een aantal jaren met plezier gewoond’ (meer nadruk op de afzonderlijke jaren).

Overigens is dit onderscheid lang niet in alle gevallen toepasbaar, en ook lang niet altijd relevant.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!