Page 44 - 03 Onze Taal mei-juni THEMA Taal en dier 2025 HR
P. 44
Een hedendaagse erfgenaam
van Marten Toonder is
Paulien Cornelisse.
Poes een kat is, blijkt vooral uit zijn naam, terwijl het feit
dat heer Olivier een beer is de gemiddelde lezer van de
tekst misschien nauwelijks zou opvallen – ware het niet dat
Toonder zijn verhalen in stripvorm bracht en zijn
personages ook visueel tot leven wekte.
In fabels vertonen dieren doorgaans nauwelijks echt
dierlijk gedrag, en het werk van Toonder vormt daarop
geen uitzondering. Dat de haan, markies De Canteclaer want varkens zijn goede verstaanders en hebben aan een
van Barneveldt, voortdurend Franse woorden gebruikt half woord genoeg.
(parbleu, fi donc), heeft weinig te maken met het taal-
gebruik van hanen op de boerderij en meer met het feit Natuurlijk zijn ook de verhalen van Koolhaas geschreven
dat de ‘Gallische haan’ een symbool is voor Frankrijk. voor mensen. Maar zijn werk weerspiegelt een verschuiving
Een hedendaagse erfgenaam van Toonders benadering in de manier waarop we naar dieren kijken: niet langer
is Paulien Cornelisse, die twee boeken schreef over een slechts als instrumenten om ons iets te leren, maar als
personage genaamd Cavia. Op de illustraties is steeds een wezens die op zichzelf de moeite waard zijn om te obser-
door Cornelisse zelf getekende cavia te zien, maar verder veren en te begrijpen. Helaas zijn de verhalen niet meer
lijkt Cavia gewoon met mensen te werken – of zijn het wel in de boekwinkel te krijgen – waar wachten de uitgevers
mensen? – op een kantoor, waar ze dingen zegt als: “Ik nog op? ■
kom hier helpen met communicatie en aanverwante
zaken.”
Echt varkens
Hoe goed en grappig zijn leeftijdsgenoten ook waren, Bibi Dumon Tak
Anton Koolhaas was naar mijn smaak de beste schrijver
van dierenverhalen sinds ‘Willem die Madocke maecte’,
de anonieme auteur van Van den vos Reynaerde. Hoewel Echte stem
Koolhaas ook boeken schreef zonder sprekende dieren
erin, werd hij vooral bekend door zijn dierenverhalen. Wat
zijn werk bijzonder maakt, is dat hij dieren niet gebruikt Pratende dieren in boeken zijn nagenoeg altijd
om via een omweg iets over mensen te zeggen. In plaats vervangers van mensen. We durven ze meer te laten
daarvan laat hij voelen hoe intensief hij naar dieren keek zeggen en we durven ze anders te laten denken. We
en zich werkelijk in hun bijzondere gedrag inleefde. Zijn accepteren eerder de woorden van een deftige beer
honden zijn echt honden, zijn varkens echt varkens, ook als dan van een deftige man. Liever een vos en een kraai
ze kunnen praten: dan een belerend verhaal verteld door mens guren.
En omdat we van dieren meer accepteren, denk ik dat
‘Alles kits?’ Met die vraag begroe e het varken Tip des kinderboekenschrijvers daar gretig gebruik van maken.
morgens ieder van zijn medevarkens in het hok. Tip was De Nijntjes, Dikkie Diks, Rupsjes Nooitgenoeg en
een jong en vrolijk varken en als hij de vraag gesteld had, Kikkers, ze zijn niet aan te slepen.
keek hij de ander van onder zijn wat koddig naar voren Zelden komt het voor dat dieren echt een stem
gehouden oren vandaan komiek vorsend aan, totdat het krijgen en vanuit zichzelf mogen praten – dat wij
antwoord kwam. Hij deed dat zo onweerstaanbaar, dat mensen ze serieus nemen in wat ze te zeggen zouden
men hem inderdaad altijd een antwoord gaf en zich kunnen hebben. Waarschijnlijk zou de wereld ver-
daarbij zelfs inspande om dit een ook enigszins verma- anderen wanneer we daarvoor openstonden. Ik
kelijk karakter te geven, zodat men bij de rondgang van probeer het af en toe in mijn werk, maar ook ik kom
Tip door het hok dingen hoorde als: ‘Kitserdebitsie’; of natuurlijk niet in de buurt van hun echte stem.
‘Heeft u geen last van ve e benen?’; of ‘Sabbel je maar
door Sabbelland’ en meer van die geestige zinnetjes,
44 Onze Taal
2
5
5
:
0
9
9
-
OT_0325_42-44 Sprekende dieren.indd 44
O T _ 0 3 2 5 _ 4 2 - 4 4 S p r e ke n d e d i e r e n . i n d d 4 4 2 29-04-2025 09:59 9
0
2
0
4
-