Wat is juist: vanalles of van alles?
Van alles (‘allerlei zaken’) is juist.
De vaste combinatie van alles wordt als twee woorden geschreven. Enkele voorbeelden:
- De kruidenier had van alles in voorraad.
- Dit weekend is er weer van alles te beleven in de stad.
- Ze slikte van alles om gezond te blijven.
- Het ontbreekt ze aan van alles en nog wat.
Voor het aaneenschrijven van veelvoorkomende woordcombinaties met van bestaat geen regel. Soms groeit zo’n combinatie in de loop van de jaren aan elkaar, zoals vanmorgen, vanavond, vanhier en vanouds. Met van alles is dat (nog) niet gebeurd.
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!