Wanneer is een woord dat op -schap eindigt een de-woord en wanneer een het-woord?
Dat hangt vaak van de betekenis af. Het is bijvoorbeeld de blijdschap (toestand), de vennootschap (verzamelnaam) en de wetenschap (afleiding van een werkwoord). Daarnaast is het bijvoorbeeld het pausschap en het lijsttrekkerschap (deze woorden drukken het hebben van een bepaalde ‘waardigheid’ uit).
De volgende woorden op -schap zijn vrouwelijk en krijgen dus het lidwoord de:
- woorden die een bepaalde toestand of hoedanigheid aangeven, en die een bijvoeglijk naamwoord als kern hebben: de beterschap, de blijdschap, de dronkenschap, de verwantschap, de zwangerschap, enz.;
- verzamelnamen als de broederschap, de vennootschap en de buurtschap (ontstaan uit buurschap) (toch zijn dit het-woorden: gezantschap, gezelschap, landschap);
- afleidingen van werkwoorden: de wetenschap, de weddenschap, de nalatenschap.
Onzijdig zijn onder meer de volgende woorden, die dus het als lidwoord krijgen:
- woorden die het hebben van een bepaalde status, waardigheid of functie aangeven: het aanvoerderschap, het dichterschap, het lijsttrekkerschap, het pausschap, het (staats)burgerschap (het eerste deel duidt een persoon aan);
- instellingen: het genootschap, het waterschap.
Overigens zijn niet álle schap-woorden gemakkelijk in een van deze categorieën onder te brengen. Klik voor meer voorbeelden van -schap-woorden op het tabblad ‘Voorbeelden’.
Het (winkel)schap
Schap is ook een los woord, in de betekenis ‘plank, vak (in een winkel)’. In die betekenis spreken we altijd van het schap, ook in samenstellingen: het frisdrankschap, het zuivelschap, het chipsschap, enz.
Toch nog een vraag?
Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar
Bel 085 00 28 428(gebruikelijke belkosten, geen extra kosten)
Of stel je vraag via social media of per mail
Voorbeelden van -schap-woorden die de-woorden zijn:
- blijdschap
- bloedverwantschap
- broederschap
- dronkenschap
- gemeenschap
- gemeenschap nakomelingschap
- gevangenschap
- kameraadschap
- nalatenschap
- rekenschap
- vennootschap
- verwantschap
- vriendschap
- weddenschap
- wetenschap
- zwangerschap
Voorbeelden van woorden op -schap die het-woorden zijn:
- aandeelhouderschap
- aanvoerderschap
- adviseurschap
- agentschap
- aioschap
- alleenheerserschap
- alleenstaandemoederschap
- alleenverdienerschap
- ambassadeurschap
- ballingschap
- beheerderschap
- beschermheerschap
- bevelhebberschap
- bloedbroederschap
- bondgenootschap
- burgermanschap
- burgerschap
- ceremoniemeesterschap
- co-ouderschap
- dichterschap
- dictatorschap
- distributeurschap
- docentschap
- donateurschap
- donorschap
- draagouderschap
- eigenaarschap
- ereburgerschap
- fractieleiderschap
- freelancerschap
- gastheerschap
- gastvrouwschap
- genootschap
- gezantschap
- gezantschap
- gezelschap
- grootouderschap
- hoogleraarschap
- interimschap
- kampioenschap
- kandidaatschap
- koningschap
- kostwinnerschap
- landschap
- leiderschap
- lijsttrekkerschap
- marktleiderschap
- martelaarschap
- mentorschap
- nabuurschap
- ondernemerschap
- oppositieleiderschap
- partijleiderschap
- partijvoorzitterschap
- partnerschap
- pleegouderschap
- staatssecretarisschap
- studentschap
- supporterschap
- vrijwilligerschap
- waterschap
- wereldleiderschap
- woordvoerderschap
- zzp-schap