Volgens de leidraad van het Groene Boekje gelden in principe de volgende regels voor het schrijven van i of ie:

  • De ie-klank wordt als ie geschreven als hij in een gesloten lettergreep voorkomt: fiets, friet en dus ook naïef.
  • De ie-klank wordt als i geschreven in een open lettergreep als de klemtoon daar niet op ligt: muzikaal, maniakaal, koloniën en dus ook activiteit, naïviteit.
  • De ie-klank wordt als ie gespeld in een open lettergreep als de klemtoon er wél op valt: abusievelijk, industrieën en ook: actieveling, naïeveling.
  • De ie-klank wordt als ie gespeld in een open eindlettergreep, ongeacht of daar de klemtoon op valt: theorie, kolonie.

Op deze regels bestaan uitzonderingen, zoals:

  • uitheemse woorden met een ie-klank, zoals liter, divan, emir, Oekraïne, ski en januari;
  • de ie-klank in het achtervoegsel -isch: logisch, medisch, enzovoort.

Etymologie

Dat we niet lieter, dievan en januarie spellen, komt door het ‘beginsel van etymologie’: “In de schrijfwijze van een woord wordt rekening gehouden met historische ontwikkelingen.” Daarmee wordt onder meer bedoeld dat het feit dat een woord uit een andere taal komt invloed kan hebben op de schrijfwijze, ongeacht de Nederlandse spellingregels.

Naïef en naïviteit komen uit het Frans, van naïf en naïveté. Naïeveling is een Nederlandse afleiding. Als je puur naar de herkomst kijkt, zou je misschien naïf en naïveling verwachten – net als in bijvoorbeeld de leenwoorden elite, cider, fakir en souvenir, waarin de i ook als ‘ie’ klinkt. Maar veel leenwoorden zijn door veelvuldig gebruik toch met ie ingeburgerd geraakt. Dat zie je zowel in gesloten lettergrepen (naïef, actief) als in vormen zoals naïeveling en actiever, die een Nederlands achtervoegsel hebben.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!