In het Nederlands gebruik je een komma in een getal met een of meer decimale cijfers:

  • 3,5 miljoen
  • 6,50 euro
  • € 2,99
  • 34,7 procent
  • 1,98 meter
  • 15,25 m2
  • 36,8 ºC

Het is niet voor niets dat we die decimalen ook wel ‘de cijfers achter de komma’ noemen.

De punt komt onder invloed van het Engels wel steeds meer voor. In Angelsaksische landen is juist de punt gebruikelijk in getallen met decimalen: 3.5 million, $2.99, 8.5 inches, enzovoort.

Punten in grote getallen

In het Nederlands komen punten voor in hele getallen van vier cijfers of meer. Je gebruikt ze om de cijfers per drie te groeperen, zodat grote getallen leesbaarder worden. De meest rechtse punt geeft de duizendtallen aan, en naar links toe komen daar de miljoentallen, miljardtallen enzovoort bij (indien aanwezig).

  • 120.000
  • 15.676.000
  • € 2.350.000
  • € 1.185,50

In het laatste voorbeeld zie je dat de punt het duizendtal aangeeft; de komma scheidt vervolgens het hele getal van de decimalen.

Bij een getal als drie en een half miljoen zijn dus twee notaties mogelijk:

  • 3.500.000
  • 3,5 miljoen

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!

Uitzonderingen

In verschillende specifieke contexten is het, vermoedelijk onder internationale invloed, gebruikelijk geworden om toch een punt te gebruiken waar je volgens de Nederlandse conventie een komma zou verwachten. Bijvoorbeeld:

  • bij sommige alcoholpercentage-aanduidingen: 0.0-bier, een 0.0’etje
  • bij frequenties van radiozenders: 100.7 FM
  • bij statistische getallen (meestal zonder 0 ervoor): p = .15, p < .005
  • bij het kaliber van vuurwapens (zonder 0 ervoor): .224-kaliber, .44 Magnum