Honderd meter lange geeft in zijn geheel aan wat de lengte van de oprijlaan is. Het lijkt daardoor misschien één begrip te zijn, maar je schrijft deze woorden toch los van elkaar.

Wat voor honderd meter lang geldt, geldt bijvoorbeeld ook voor vier eeuwen oud, twintig kilo zwaar en 85 meter hoog. Het gaat telkens om een telwoord en een zelfstandig naamwoord dat een soort maat (leeftijd, gewicht, hoogte, enz.) aanduidt. De grammaticale term voor woordgroepen als honderd meter is een ‘bepaling van maat’. Zo’n bepaling van maat staat vaak voor bijvoeglijk naamwoord, zoals lang, oud, zwaar, hoog.

Zulke combinaties schrijf je niet aan elkaar of met streepjes, maar in losse woorden. Dat geldt ook als ze voor een zelfstandig naamwoord (oprijlaan) staan. Een paar voorbeeldzinnen:

  • Het staatshoofd reed in een limousine over de honderd meter lange oprijlaan.
  • In het museum lag een vier eeuwen oud schoteltje.
  • Ik probeerde een twintig kilo zware kanonskogel op te tillen.
  • Het 85 meter hoge gebouw torent boven de laagbouw uit.

Ook als je de bepaling van maat met een tegenwoordig deelwoord combineert, zoals wegend, durend, kostend of tellend, schrijf je alle woorden los:

  • Ik heb laatst zelf een twee kilo wegende pompoen gekweekt.
  • De vier uur durende wandeling was iets te veel voor de bezoekers.
  • Het 164 kamers tellende hotel is gebouwd in 1958.
  • Deze 1250 euro kostende reis is het geld meer dan waard!

Op het tabblad ‘Voorbeelden’ vind je nog meer combinaties.

Jarenlang, eeuwenoud

Vaste combinaties zónder telwoord schrijf je wel aan elkaar, zoals jarenlang, eeuwenoud en metershoog:

  • Wij voerden een jarenlange strijd tegen onderdrukking.
  • We kwamen langs eeuwenoude rotsformaties.
  • De metershoge muurschildering is eindelijk klaar.

In deze combinaties hoor je telkens één hoofdklemtoon aan het begin van het woord: járenlange strijd, ééuwenoude rotsformaties, métershoge muurschildering. Dat is vaak een aanwijzing dat je met een samenstelling te maken hebt en je het als één woord schrijft.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar.
https://onzetaal.nl/taalloket/vraag-stellen

centimeter

een 12 tot 14 centimeter dikke plank

dag

het drie dagen lange congres

dollar

de dertien dollar kostende boek

eeuw

het vier eeuwen oude schoteltje

euro

de 1250 euro kostende reis

frank

de 30.000 frank kostende tafel

gang

een drie gangen tellend menu

graad

het 21 graden warme water

gram

het 200 gram wegende pakje

gulden

het tien gulden kostende taxiritje

hectare

de zeven hectare grote kas

jaar

het vijf jaar oude kind

kamer

het vijf kamers tellende appartement

kilo

de twee kilo wegende pompoen

kubieke meter

een 65 kubieke meter grote zeecontainer

kwartier

de vijf kwartier durende autorit

liter

een twee liter grote fles

maand

een drie maanden durend project

meter

een 85 meter hoog gebouw

millimeter

de zestien millimeter dikke yogamat

minuut

het vijf à zes minuten durende filmpje

pagina

het 83 pagina’s tellende rapport

pond

een acht pond zware baby

seconde

een vijf tot tien seconden lange adempauze

ton

de 18 ton zware truck

uur

de drie uur durende wandeling

vierkante meter

de dertig vierkante meter grote studio