Ergens niet/geen genoeg van (kunnen) krijgen betekent dat je iets altijd wel wilt doen, zien, beluisteren, bezoeken, eten, drinken, enz. Je bent er dus dol op.

Genoeg is een onbepaald telwoord. Als je een telwoord ontkent, gebruik je normaal gesproken niet. Bijvoorbeeld:

  • We hebben er niet veel op aan te merken.
  • Vijftigduizend euro? Dat is niet weinig, zeg!
  • Heb je nou nog niet genoeg gegeten?
  • Vind je het niet genoeg dat je een cadeaubon en een reiskostenvergoeding krijgt?
  • We hebben helaas niet genoeg taart voor ons allemaal.
  • Ik had voor iedereen zo’n grappige sleutelhanger willen kopen, maar ik kon er niet genoeg krijgen.

Geen gebruik je om een zelfstandig naamwoord te ontkennen. Bijvoorbeeld:

  • Ik kan er geen hoogte van krijgen.
  • We hebben nog geen antwoord gekregen.
  • Hij heeft geen mobieltje en wil er ook geen.

Hieruit volgt dat ergens niet genoeg van krijgen het meest voor de hand ligt. Genoeg is immers geen zelfstandig naamwoord. Dat klopt ook in een zin als ‘Ze deelden legostenen uit, maar ik heb er niet genoeg van gekregen en kon dus weinig bouwen.’ Maar daarnaast is ergens geen genoeg van (kunnen) krijgen een vaste uitdrukking geworden in de betekenis ‘iets steeds weer willen doen of hebben’. In de Bredasche Courant van 18 oktober 1912 stond bijvoorbeeld: “Zooals er toch gewerkt werd: ze konden er geen genoeg van krijgen.”

Ook ergens (nog lang) geen genoeg van hebben is een vaste uitdrukking (‘iets nog lang niet zat zijn’). In de Hoornsche Courant van 8 maart 1905 stond bijvoorbeeld: “Verveelt u dit leven nu niet? Hebt gij er nog geen genoeg van?”

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar.

Stel hier je vraag