Wat betekent op z’n elfendertigst en waar komt deze uitdrukking vandaan?
Op z’n elfendertigst betekent ‘uitermate langzaam en omslachtig’. Wie iets op z’n elfendertigst doet, laat zich niet opjagen – en dat kan nog weleens irritatie bij anderen wekken.
Op zijn elfendertigst had oorspronkelijk een gunstige betekenis: ‘keurig, netjes’. De uitdrukking is ontstaan uit een weefterm: de elf-en-dertig. Dat was een kam voor het weven van zeer fijn textiel. Door deze weefkam gingen 41 gangen heen, oftewel 11 en 30, en 4100 draden. Het vereiste een grote precisie om met deze kam te werken. Daardoor kreeg op zijn elfendertigst de figuurlijke betekenis ‘keurig’. Werken met de elf-en-dertig was ook tijdrovend. Door de gedachte aan hoe langzaam dit ging, ontstond de latere betekenis ‘langzaam en omslachtig’.
F.A. Stoett vermeldt dat men vroeger dacht dat op zijn elfendertigst was gebaseerd op de langzame manier waarop de Staten van Friesland, bestaande uit de afgevaardigden van 11 steden en 30 grietenijen, overlegden. Tegenwoordig wordt deze herkomst als onwaarschijnlijk gezien.
Uitdrukkingen met weeftermen
Andere uitdrukkingen met weeftermen erin zijn:
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!