Hypallage betekent letterlijk ‘verwisseling’. Het gaat om een bijzondere combinatie van een bijvoeglijk naamwoord en een zelfstandig naamwoord. In die combinatie verschuift er iets in de relatie tussen deze woorden: het bijvoeglijk naamwoord verwijst niet direct naar het zelfstandig naamwoord dat erachter staat, maar naar iets of iemand anders. 

Een bekend voorbeeld is de luie stoel. Niet de stoel zelf is lui, maar degene die erin gaat zitten (of de manier waarop die gaat zitten). En bij een warme bakker gaat het niet om een bakker die zelf warm is, maar het brood dat die bakt.

Het bijvoeglijk naamwoord kan ook verwijzen naar het woord dat achter het eerste zelfstandig naamwoord staat, zoals in een goed glas wijn: niet het glas is goed, maar de wijn die erin zit. Meer voorbeelden van hypallage vind je op het tabblad ‘Voorbeelden’.

De hypallage is een vorm van metonymisch of indirect taalgebruik.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar

Bel 085 00 28 428 Bel 085 00 28 428

(gebruikelijke belkosten, geen extra kosten)

Of stel je vraag via social media of per mail

  • een elektrische fietser (niet de fietser is elektrisch, maar de fiets)
  • een goed glas wijn (niet het glas is goed, maar de wijn)
  • een lekker bordje soep (niet het bordje is lekker, maar de soep)
  • een luie stoel (niet de stoel is lui, maar wie erin gaat zitten, of de manier waarop die gaat zitten)
  • een droevige gebeurtenis (de gebeurtenis is niet droevig, maar ze wekt droefheid op)
  • een gezonde maaltijd (de maaltijd is niet gezond, maar degenen die de maaltijd eten blijven gezond)
  • een glijdende schaal (niet de schaal glijdt, maar iets anders verandert geleidelijk) 
  • een lekker recept (niet het recept is lekker, maar de maaltijd die je ermee maakt) 
  • een lopend buffet (niet het buffet loopt, maar de mensen die het eten)
  • een mobiel nummer (niet het nummer is mobiel, maar degene die de telefoon met dat nummer heeft)
  • een sexy pak (het pak is niet sexy, maar degene die het draagt)
  • een sociale huurwoning (niet de huur of de woning is sociaal, maar het idee erachter)
  • een staande ovatie (niet de ovatie staat, maar de mensen die klappen)
  • een staande receptie (niet de receptie staat, maar de bezoekers)
  • een warme bakker (niet de bakker is warm, maar het brood dat de bakker zelf bakt)
  • een verstandige beslissing (de beslissing is niet verstandig, maar degene die de beslissing neemt)

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!

Herkomst van hypallage

Hypallage komt uit het klassiek Grieks. Het Griekse hupallagè betekende ‘verandering, verwisseling’. Het bestaat uit het voorzetsel hupo-, dat ‘onder’ betekent, en een vorm van het werkwoord allassein, dat de betekenis ‘verruilen’ heeft.

Uitspraak

Je spreekt hypallage in het Nederlands gewoonlijk uit als ‘hie-pál-la-gee’, met de klemtoon op pal. Af en toe komt ook de ‘Franse’ uitspraak ‘hie-pa-lá-zjuh’ voor.   

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!