Page 51 - 03 Onze Taal mei-juni THEMA Taal en dier 2025 HR
P. 51
landers daar naar hartenlust van af. En wat mensen vooral dan ook een andere gevoelswaarde dan in het Standaard-
veel doen: overal hij voor gebruiken. De televisie: zet je nederlands. ‘Mannelijke’ voornaamwoorden als hij of
‘haar’ aan? Nee, waarschijnlijk toch ‘hem’ – maar televisie zijn gebruiken voor vrouwen of meisjes is niet gek in
is officieel toch wel mooi een vrouwelijk woord. Hetzelfde bijvoorbeeld het Nedersaksisch (dat onder andere op de
geldt voor bijvoorbeeld de bibliotheek: veel mensen zullen je Veluwe gesproken wordt); en ook in het Brabants komt
raar aankijken als je vraagt tot hoe laat ‘ze’ open is – ook al het wel voor.
is dat grammaticaal hartstikke verantwoord.
Hij is daarnaast natuurlijk een mannelijk voornaam- Ingewikkeld
woord, én we gebruiken het om naar mensen in het In de keuze voor hij of zij voor dieren spelen er dus allerlei
algemeen te verwijzen. Denk aan zinnen als: ‘Iedereen factoren mee; strenge regels zijn er niet, en de grenzen
doet wat hij wil.’ De laatste jaren proberen steeds meer zijn vaag en beweeglijk. Een verwijzing met hij is breed
mensen dat te omzeilen om hun taal genderneutraler interpretabel, maar een verwijzing met zij naar een dier
te maken, maar in spreektaal komt dit hij nog altijd erg lijkt daarentegen wel te verklappen dat je het dier een hoge
vaak voor. mate van individuering toekent – oftewel: dat je haar
En met hij wordt in de praktijk dus ook wel naar vrouwe- serieus neemt als individu. Maar een verwijzing met zij
lijke dieren verwezen. Al in de zeventiende eeuw schreef kan juist ook weer wat aanstellering voelen, omdat het
Bredero in zijn Klucht van de koe: “O seker ’t is een moye zo nadrukkelijk afwijkt van dat lekker veelzijdige en
gladde Koe, hy is al wel gemiest [= vetgemest].” alom tegenwoordige hij. Tegelijkertijd: de recente alertheid
op genderinclusiviteit maakt dat hij soms toch ook
Individu ongemakkelijk klinkt.
Doen we, van mijn moeder tot aan Bredero, dan zomaar Eén conclusie kunnen we in elk geval trekken: gender
wat? Zó losbandig zijn we dan ook weer niet: in de wirwar was altijd al ingewikkeld. ■
van verwijswoorden valt wel degelijk een bepaalde logica
te ontwaren. Taalkundige Jenny Audring promoveerde
hierop, en uit haar onderzoek blijkt dat welke verwijs-
woorden we gebruiken, te maken heeft met de mate
waarin we iets als een individu zien. Bibi Dumon Tak
Als we kijken naar al het tastbare, kunnen we dat
grofweg indelen in drie categorieën: mensen, dieren en
dingen. We zijn in onze mensentaal lekker egocentrisch: de Hengelvis en dierenarts
mens zien we als het ultieme individu. En mensen krijgen
dus altijd zorgvuldig het verwijswoord toegewezen dat bij
die persoon past – zij voor vrouwen, hij voor mannen, en de Hengelvis • Voor de Volkskrant schreef ik ooit een
laatste jaren ook weleens die of hen voor non-binaire stuk over dieren waarin ook de hengelvis voorkwam.
personen. Ik gebruikte daarbij consequent de woorden zij en
Dingen zijn dan weer een stuk minder ‘geïndividu- haar. Toen ik het artikel teruglas in de krant, had de
eerd’. En vaak verwijzen we naar concrete dingen met hij wetenschapsredacteur eigenhandig van alle zij’s een
(zoals televisie) en naar abstracte concepten en materialen hij gemaakt, en van alle haar’s een hem. Ik werd gek.
met het (liefde, sneeuw). Ik dacht: als mensen dit lezen, zullen ze mij nooit
Dieren dobberen zo’n beetje tussen de mensen en de meer serieus nemen. De hengelvis waar ik het over
dingen in – en dat zie je terug in de verwijzingen. Denk aan had, met zo’n hengelachtig lichtgevend orgaan, is
‘de kat’: als verwijzing naar een specifieke poes ligt zij voor namelijk altijd een vrouwtje. Het mannetje hangt als
de hand; naar een kater hij. Maar een willekeurige kat op nietig parasietje onderaan haar buik. Ik was net
straat of ‘de kat’ als diersoort staan al wat verder van je af, begonnen als schrijver en ik ben een week ziek
en dan klinkt een verwijzing met hij best naturel; net als geweest van dat hij.
wanneer je het over ‘de koe’ in het algemeen hebt, en over
hoe hij steeds duurzamer wordt. Totdat Esther Ouwehand Dierenarts • Toen onze Spaanse asielhond enigszins
je corrigeert. verzwakt bij ons aankwam, besloten we hem diezelfde
week nog door een dierenarts te laten bekijken. Het
Vertrouwelijk was een prachtig reutje. Elegant, hoog op de pootjes
Verklapt zo’n verwijzing met hij naar een vrouwelijk dier en ontzettend zachtaardig.
dan dat je het dier als ding ziet, in plaats van als individu? We zetten hem op de behandeltafel en daar werd
Dat kán, maar er spelen ook andere factoren mee. Op de hij goed onderzocht. “Wat een lieverd,” zei de dieren-
Veluwe, waar ik opgroeide, waren doorgaans alle dieren een arts, “ik zie alleen een ontsteking bij haar piemel. Die
‘hij’ – en zo duidde ik dus vaak katers én poezen aan. En moeten we echt even behandelen. Verder is alles in
toch zag ik de ka en waarmee – of met wie – ik opgroeide orde.” Ik keek haar aan over de rug van het hondje
zeer zeker als individuen. heen. “Is er iets?” vroeg ze. “Haar piemel”, zei ik.
In verschillende dialecten hebben voornaamwoorden
Onze Taal 51
2
5
1
:
1
1
9
-
OT_0325_50-51_Verwijzen naar dieren.indd 51
O T _ 0 3 2 5 _ 5 0 - 5 1 _ V e r w i j ze n n a a r d i e r e n . i n d d 5 1 2 29-04-2025 11:11 1
0
2
0
4
-