Page 23 - OnzeTaal_jan2019_HR
P. 23

voorbereid spreken niet zelden optreedt, landt de per-  soonsvorm de rechterpositie inneemt na want. Dit is ook
            soonsvorm in de bijzin ten onrechte op de linkerpositie:   een argument tegen de theorie dat capaciteitsbeperking
                                                             van het werkgeheugen en verstoring van de aandacht
               Ik kan niet omdat ik heb vanavond een vergadering.   een afdoende verklaring vormen voor volgordefouten.
                                                             Ook want-zinnen kunnen lang en complex zijn.
            Uit tellingen die we hebben uitgevoerd op een groot
            bestand gesproken zinnen (het Corpus Gesproken    OPSLAGPLAATS
            Nederlands) blijkt dat de foute volgorde, de ‘linksver-  Waarom gebruiken sprekers niet altíȷ´d want als ze in
            plaatsing’ van persoonsvormen, optreedt in maar liefst   een bijzin een reden willen geven? Dat zou onterechte
            zeven procent van de omdat-bijzinnen.            linksverplaatsingen van persoonsvormen immers uit
                                                             de wereld helpen. Het antwoord heeft wederom met
            SUMOWORSTELAARS                                  competitie te maken – ditmaal niet tussen verschillende
            We ontdekten dat dit soort fouten – vaak in eenvoudige   plaatsingsmogelijkheden, maar tussen woorden. De
            zinnen, dus niet te wijten aan werkgeheugen of aan-  keuze van het voegwoord (want of omdat, naast enkele
            dacht – toe te schrijven zijn aan competitie. Want de   minder gebruikelijke, waaronder aangezien en daar)
            fout treedt alleen op wanneer er reden is om aan te    vindt plaats in het zogenoemde ‘mentale lexicon’ – de
            nemen dat in het hoofd van de spreker beide plaat-  opslagplaats van onze woordenschat. Pas na de voeg-
            singsmogelijkheden korte tijd opgeld hebben gedaan
            (in neurocognitief jargon: ‘geactiveerd zijn’). De twee
            alternatieven treden dan in competitie met elkaar,
            als een soort sumoworstelaars, en alleen de winnaar   De foute volgorde treedt
            ziet zich geplaatst in de uiteindelijke zin.
               Maar waarom wint het correcte alternatief niet al-  op in maar liefst zeven
            tijd? Dit heeft onder andere te maken met de functie
            van de omdat-bijzin. Vaak drukt deze een zelfstandige   procent van de omdat-
            bewering uit, naast de bewering in de hoofdzin. Met de
            voorbeeldzin kan meegedeeld worden: ‘Ik kan niet’,   bijzinnen.
            maar ook: ‘Ik heb vanavond een vergadering.’ Bewerin-
            gen worden meestal geuit in een hoofdzin, en in een
            hoofdzin staat de persoonsvorm altijd op de linkerposi-
            tie. In het zinsbouwsysteem van de spreker raakt daar-  woordkeuze (ook via een soort sumoworsteling tussen
            door niet alleen de rechterpositie geactiveerd (via het   alternatieven) bepaalt het zinsbouwsysteem de woord-
            onderschikkende voegwoord omdat), maar ook de lin-  volgorde in de redengevende bijzin of hoofdzin. Soms
            ker. Wint die laatste de competitie, dan ontstaat ‘omdat   zijn de keuzes die in de twee systemen gemaakt worden
            ik heb vanavond een vergadering’.                (dat wil zeggen: de uitslagen van de daarbinnen uit-
               Overigens drukken niet alle omdat-bijzinnen een    gevochten competities) niet helemaal op elkaar af-
            afzonderlijke bewering uit. Neem bijvoorbeeld ‘Ik ben   gestemd. In gesproken Nederlands komt want veel vaker
            niet bekeurd omdat ik te hard heb gereden [maar omdat   voor dan omdat, en raakt het daardoor gemakkelijker
            ...]’. Met deze zin drukt de spreker alleen uit dat de ver-  geactiveerd. Toch zal want niet altijd als sterkste uit de
            melde reden voor de bekeuring onjuist is; of er al dan   bus komen. Toevalsfactoren blijven een rol spelen –
            niet sprake was van te hard rijden, blijft open. Dus   misschien heeft de spreker enkele seconden geleden
            wordt in de bijzin de linkerpositie niet geactiveerd en   omdat gehoord uit de mond van een gesprekspartner,
            vindt er geen competitie met de rechterpositie plaats.   waardoor dit voegwoord geactiveerd is en nog korte tijd
            In zulke gevallen blijft linksverplaatsing inderdaad    actief blijft. In zulke gevallen kan omdat winnen terwijl
            achterwege.                                      het zinsbouwsysteem een bewering aan het voorberei-
                                                             den is in de vorm van een hoofdzin – met onterechte
            WANT                                             linksverplaatsing als mogelijk gevolg.
            Een andere, indirecte aanwijzing dat er bij het vormen
            van dit soort bijzinnen sprake is van een volgordecom-  VOORBARIG
            petitie, heeft te maken met het voegwoord want. Dit   Fouten in gesproken taal die min of meer systematisch
            woordje leidt altijd een hoofdzin in die, net als gewone   optreden, worden soms beoordeeld als tekenen van taal-
            hoofdzinnen, een bewering uitdrukt en een persoons-  verval: afnemende taalbeheersing door leden van de
            vorm in de linkerpositie vereist. Daarom kan in de eer-  taalgemeenschap. In het geval van de hier behandelde
            ste bovengenoemde voorbeeldzin omdat door want ver-  volgordefouten is zo’n oordeel voorbarig, omdat ze in
            vangen worden (samen met linksverplaatsing van de   geschreven taal niet voorkomen (behalve heel soms in
            persoonsvorm): ‘Ik kan niet, want ik heb vanavond een   lange of complexe zinnen). Als taalgebruikers de tijd
            vergadering.’ Deze variant is grammaticaal correct en   nemen om de competities in hun hoofd te laten betijen,
            laat de betekenis ongewijzigd. Dat geldt echter niet voor   komen de persoonsvormen netjes op hun pootjes te-
            het tweede voorbeeld: de zin ‘Ik ben niet bekeurd want   recht. Angst voor taalverval is vooralsnog misplaatst. 
            ik heb te hard gereden’ is weliswaar grammaticaal
            correct, maar strijdig met de oorspronkelijk bedoelde   Het onderzoek werd verricht door Gerard Kempen (senior
            betekenis; door want te kiezen beweert de spreker wel   onderzoeker aan het Max Planck Instituut voor Psycho-   ONZE TAAL 2019  —  1
            degelijk dat hij te hard heeft gereden. Kortom, sprekers   linguïstiek in Nijmegen en emeritus hoogleraar cognitieve
            kiezen want alleen wanneer ze met de erop volgende zin   psychologie, Universiteit Leiden) en Karin Harbusch (hoog-
            een afzonderlijke bewering willen uitdrukken. Er is dan   leraar computerlinguïstiek, Universiteit Koblenz-Landau).
            geen kans dat de rechterpositie van de persoonsvorm   Vorig jaar publiceerden zij in het tijdschrift Language
            wordt geactiveerd, en competitie met de linker zal uit-  Sciences een artikel over volgordecompetitie in het Neder-
            blijven. Inderdaad hebben we in het Corpus Gesproken   lands en het Duits.
            Nederlands geen enkele zin aangetroffen waarin de per-                                              23
   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28