Page 21 - OnzeTaal_jan2019_HR
P. 21
DE
RAARWOORD GUUS MIDDAG
CRAEMER
Over opmerkelijke woorden, oud en nieuw.
Klokkespijs Product(je)
n de door J.H. Leopold vertaalde kwatrijnen van et was via mijn ex-vriend dat ik Paulien Cor-
de Perzische dichter Omar Khayyam (1048-1131) nelisse leerde kennen. In 2009 zag ik op zijn
I kwam ik het woord klokkespijs tegen. Ik kende het H nachtkastje Taal is zeg maar echt mijn ding lig-
niet. Het zou een mooi beeld kunnen zijn voor de tijd, gen, en toen ik erin begon te lezen, kon ik niet meer
die ijle substantie waar alle klokken op lopen; als er stoppen. Niet stoppen met lezen, en vaak ook niet
geen tijd meer is, staan alle klokken stil. Maar zo stoppen met lachen. In Vlaanderen is Cornelisse niet
dichterlijk was het niet bedoeld. Klok(ken)spijs is ge- echt bekend, hoewel haar deelname aan De slimste
woon in Van Dale te vinden. Het is een ander woord mens ter wereld daar een en ander aan veranderde.
voor ‘lekkernij’. ‘Dat gaat erin als klokspijs’ schijnt Maar haar boeken zijn hier absoluut geen bestsellers.
een bestaande uitdrukking te zijn. Die kende ik ook Is het omdat – zo is toch mijn perceptie – Vlamingen
niet. Ik zeg in zo’n geval: dat gaat erin als koek. minder bezig zijn met taal dan Nederlanders, en als ze
Een andere, en oudere, betekenis van klokspijs is: dat wél doen, ze het niet gewoon zijn om het over de
‘het materiaal waarvan klokken worden gegoten’. leuke kanten van taal te hebben maar over de regeltjes
Samenstellende delen: klok en spijs. Met klok is dan en problemen, zoals over onze hoofdstad Brussel, waar
niet het uurwerk met wijzers bedoeld, maar dat grote nog altijd zo weinig Nederlands wordt gesproken?
geval dat hoog in kerktorens hangt. Hoe omschrijf je In Vlaanderen hebben we in elk geval geen Paulien
dat ding? Van Dale: “metalen instrument voor het Cornelisse. Daarmee bedoel ik: iemand die schrijft
voortbrengen van een bepaald geluid, meestal in de over taal met blijvende verwondering, zonder ooit in
vorm van een omgekeerde beker met een naar onde- gezeur te vervallen. Cornelisse kijkt eigenlijk met de
ren uitlopende rand, dat wordt aangeslagen, meestal blik van de totale buitenstaander, alsof ze iemand is
door een erin opgehangen klepel waar het in zwaai- die nog volop Nederlands aan het leren is. Want wat
ende beweging tegenaan slaat, ofwel door een hamer doen wij als we zelf een nieuwe taal leren? We zeuren
die door een mechanisme in beweging wordt ge- niet over de regels. We aanvaarden ze gewoon, en we
bracht”. verwonderen ons over al het verrassende dat de nieu-
Spijs, grondbetekenis ‘voedsel’, is een ander woord we taal te bieden heeft.
voor ‘deeg, moes, mortel’ − en ook voor ‘de specie Dat doet Cornelisse ook in haar recentste boek, Taal
waar klokken van worden gegoten’. Het gaat dan vol- voor de leuk. Dat de leuk had ik nog nooit gehoord, maar
gens Van Dale om een legering van 75 tot 80 delen het deed me meteen glimlachen. Het klinkt bijna als
koper en 25 tot 20 delen tin, maar die ingrediënten en een letterlijke vertaling van wat in het Nederlands wél
hun verhoudingen liggen niet vast. Kijk maar naar al een gangbare uitdrukking is geworden: het Engelse
het kwatrijn van Omar Khayyam, waarin de spijs uit for (the) fun (of it). Dan vind ik voor de leuk veel, euhm,
“goud en veel koper” bestaat: leuker klinken.
Wat ook leuk is, is dat Cornelisse in haar boek een
Goud en veel koper als een klokkespijs aantal Vlaamse taalverschijnselen aan bod laat ko-
goot eens de Maker in mijn vormmatrijs men. Ze schrijft bijvoorbeeld over het woord product –
naar Zijnen dunk. Wie is er dan aansprakelijk, het stukje daarover verscheen ook in het november-
wanneer de klok nu klinkt op hare wijs? nummer van Onze Taal. Cornelisse is in Vlaanderen
een paar keer naar de kapper geweest, waar er aan het
Alles is hier beeldspraak. Wij mensen zijn als klok- einde van de knipbeurt telkens gevraagd werd: “Wilt u
ken. Ooit zijn wij door onze Maker gegoten in een mal wat product in uw haar?” Voor ons is dat de normaal-
(een “vormmatrijs”). Hij bepaalde toen de verhou- ste vraag ter wereld – meestal gaat het, gezien de ver-
ding tussen de delen goud en koper − lees: tussen kleinwoordenepidemie in het Nederlands, zelfs om
goed en slecht. productje – maar voor Nederlanders dus kennelijk niet.
De samenstelling van de spijs bepaalt de klank van Weer iets bijgeleerd. Daar slaagt Cornelisse als geen
de klok. Als de klok slaat, wie is er dan eigenlijk ver- ander in: toen ik het boek uit had, was ik slimmer ge-
antwoordelijk voor hoe zij klinkt? De klok of de gie- worden, maar was vooral mijn verwondering over de
ter? Het is een verrassende vraag. Wie is aansprake- schoonheid van onze taal alleen nog maar gegroeid.
lijk voor onze goede en slechte daden? Zijn wij dat Een mooier cadeau kan ik mezelf niet wensen voor het
ONZE TAAL 2019 — 1
zelf, of is het onze Maker? nieuwe jaar.
ANN DE CRAEMER
21