Page 23 - OnzeTaal_dec2019_HR
P. 23

Franca Treur


                                                 Franca Treur (1979) is schrijfster en columniste voor
                                                 onder meer Trouw. Ze groeide op in het Zeeuwse
                                                 Meliskerke. Ze studeerde Nederlands en literatuurwe-
                                                 tenschap aan de Universiteit Leiden. Daar werd ze lid
                                                 van de reformatorische studentenvereniging Panoplia,
                                                 en nam ze uiteindelijk afstand van haar geloof.
                                                    In oktober 2009 verscheen Dorsvloer vol confetti,
                                                 een roman over een gelovig meisje dat de kracht van
                                                 woorden ontdekt. Vervolgens publiceerde ze De woon-
                                                 groep (2014), X&Y (2016), Hoor nu mijn stem (2017)
                                                 en Slapend rijk en andere verhalen (2018). Dit jaar ver-
                                                 scheen de roman Regieaanwijzingen voor de liefde.



                                                                “Met die taal ben ik opgevoed. Dat geldt voor heel
                                                             veel mensen, met name ouderen. De meeste christenen
                                                             gebruiken tegenwoordig nieuwe vertalingen, waarvan
                                                             er heel veel soorten in omloop zijn. De Statenvertaling
                                                             wordt eigenlijk alleen nog gelezen door bevindelijk ge-
                                                             reformeerden, een groep zeer orthodox gereformeerden.
                                                             Zij denken dat deze vertaling het dichtst bij de oorspron-
                                                             kelijke grondtekst blijft en dat die dus de zuiverste waar-
                                                             heid bevat. Er zijn ongeveer 300.000 bevindelijk ge-
                                                             reformeerden – zeg maar de achterban van de SGP, de
                                                             lezers van het Reformatorisch Dagblad. Daar kom ik ook
                                                             vandaan.”

                                                               “Die woorden, die ritmes en

                                                               die klanken hebben mijn leven

                                                               tot op het merg doortrokken.”



                                                             Hoe leerde je die bijbeltaal?
                                                             “Drie keer per dag werd er in mijn jeugd aan tafel uit de
                                                             trouwbijbel van mijn ouders voorgelezen. Mijn vader
                                                             begon voorin en las bij iedere maaltijd een hoofdstuk.
                                                             Zo werkten we het hele boek door, van kaft tot kaft. Na
                                                             ruim een jaar hadden we het uit. Dan zette mijn vader de
                                                             datum erin en begon hij weer van voren af aan. Ook in de
                                                             kerk, op school, op de zangvereniging, op de club en op
            eigen taal van Kanaän, het land van oorsprong, spreken.   de catechisatie werd eruit voorgelezen. En ’s avonds in
            In Nederland is die tale Kanaäns direct verbonden met   bed las je er zelf nog een stukje uit, want vanaf je achtste
            de Bijbel in de Statenvertaling.”                ongeveer heb je een eigen bijbeltje. Die woorden, die rit-
                                                             mes en die klanken hebben mijn leven tot op het merg
            GRONDTALEN                                       doortrokken.”
            Wat is er zo bijzonder aan die Statenvertaling?
            “Tot aan het begin van de zeventiende eeuw was de    UITVERKORENEN
            Bijbel alleen verkrijgbaar in het Latijn. Gewone mensen   Hoe zou je de taal van de Statenvertaling typeren?
            konden dat niet lezen; kerkelijke bemiddelaars deden   “Allereerst die letterlijk vertaalde constructies uit het
            dat voor hen. Maar toen de protestanten zich tijdens de   Hebreeuws en Grieks: ‘De woestijn en de dorre plaatsen
            Reformatie aan de Rooms-Katholieke Kerk onttrokken,   zullen hierover vrolijk zijn, en de wildernis zal zich ver-
            wilden die zelf de Bijbel kunnen lezen. Daarom werd er   heugen, en zal bloeien als een roos. Zij zal bloeien, en   ONZE TAAL 2019  —  12
            in Duitsland een vertaling gemaakt in de gewone volks-  zich verheugen, ja met verheuging, en juichen.’ En die
            taal. Die zogeheten Luthervertaling werd ook weer in het   oude naamvallen: ‘Zij zullen zien de heerlijkheid des
            Nederlands vertaald, maar al snel vond men dat Neder-  HEEREN, het sieraad onzes Gods.’ Qua taal zijn er in de
            land een eigen vertaling nodig had, een die rechtstreeks   loop van de tijd wel kleine herzieningen geweest. Vroe-
            uit de grondtalen kwam, het Hebreeuws en het Grieks.   ger stond er bijvoorbeeld in het Oude Testament ‘al wat
            Daartoe werd besloten op de Dordtse Synode in 1618; in   aan de wand pist’. Tegenwoordig staat er: ‘al wat man-
            1637 was de Statenvertaling klaar.”              nelijk is’. Veel uitdrukkingen zijn trouwens helemaal      23
   18   19   20   21   22   23   24   25   26   27   28