Is het ‘De actrice dagvaart het roddelblad’ of ‘De actrice dagvaardt het roddelblad’?

In de zin ‘De actrice dagvaardt het roddelblad’ zit het werkwoord dagvaarden (‘naar de rechter stappen’, ‘oproepen om voor het gerecht te verschijnen’). De stam daarvan is dagvaard. De d van de stam komt in elke vervoeging terug:

• Ik dagvaard het roddelblad!
• Zij dagvaardt haar werkgever.
• Zij dagvaarden hun werkgever.
• Hij dagvaardde het roddelblad al eens in 2021.
• Vorig jaar dagvaardden zij hun werkgever.
• Zij heeft het roddelblad gedagvaard.
• Het roddelblad is gedagvaard.
• Er is maar één mogelijkheid: dagvaard het roddelblad!
• Het gedagvaarde roddelblad is veroordeeld. 

Dagvaarden is afgeleid van het Middelnederlandse dachvaert, dat eigenlijk ‘dagreis, tocht’ betekende, en later ‘de dag waarop een rechtszitting zal plaatsvinden’. Wie zij dagvaart schrijft, gaat uit van een werkwoord dagvaren, en dat is niet juist.

Let ook op bij werkwoorden als aanvaarden, likkebaarden (‘veel zin hebben om iets te eten of om iets mee te maken’), ontaarden, ontwaarden (‘minder waard worden’) en verwaarden (‘waarde verlenen aan’, ‘afval verwerken zodat het waarde krijgt en hergebruikt kan worden’). Ook hier eindigt de stam op een d. Dan weet je dat die d in elke vervoeging terugkomt.

Oefenen?

Wil je oefenen met dagvaard/dagvaardt, aanvaard/aanvaardt enz.? Klik dan op het tabblad ‘Oefenen’ hierboven en doe de test.