Wat is juist: ‘Een hotel in Londen kost tien keer zo veel dan in Praag’ of ‘Een hotel in Londen kost tien keer zo veel als in Praag’?

In de zin ‘Een hotel in Londen kost tien keer zo veel als een hotel in Praag’ zorgt het woord zo ervoor dat als juist is. Alle vergelijkingen met zo, net zo en even moet je namelijk met als combineren.

In de zinnen hieronder gaat dat vanzelf goed. Hier gaat het namelijk telkens om dingen of personen die hetzelfde zijn of even oud of groot:

• Ik heb net zo’n jas als jij.
• Ik ben wat dit betreft net zoals jij.
• Ze is net zo oud als mijn zus.
• Een wespendief is even groot als een buizerd.

Maar ook in zinnen met zo en even waarbij de vergeleken dingen of mensen van elkaar verschillen, is als goed. Het maakt niet uit of er ook een getal bij staat, zoals tien of twee, of een ontkenning (niet). Bijvoorbeeld:

• Een hotel in Londen kost tien keer zo veel als een hotel in Praag.
• Onze kat is twee keer zo oud geworden als onze hond.
• Nederlanders eten twee keer zo veel suiker als ze denken.
• De rupsenplaag is gelukkig niet even erg als vorig jaar. 

Na een vergrotende trap: dan

De neiging om tien keer zo veel dan te schrijven is goed te verklaren: er is sprake van ongelijkheid, en dan denk je al snel dat dan goed is. Je moet hier dus extra opletten: doordat er zo in de zin staat, is als goed.

Dan is wel juist in zinnen met een vergrotende trap (ouder, groter, meer, minder) of ander(s):

• Hij is ouder dan mijn zus.
• De oehoe is groter dan de buizerd.
• Een hotel in Londen kost flink wat meer dan een hotel in Praag.
• De huur van de locatie kostte tweeduizend euro, tweemaal meer dan begroot.
• De rupsenplaag is minder erg dan vorig jaar.
• We kregen in het hotel een andere kamer dan vorig jaar.
• Je bent echt niet zoveel anders dan anderen.

In dit soort zinnen hoor je ook vaak als, maar volgens de taalnorm is dan beter.