Kortom, je kunt beter gaan fietsen

  • Het is morgen mooi weer en je hebt meer beweging nodig. Kortom, je kunt beter gaan fietsen.
  • Jij hebt meestal wel in de gaten wat er speelt. Kortom, je kunt best op je intuïtie vertrouwen.

Kortom: ga fietsen!

  • Het is morgen mooi weer en je hebt meer beweging nodig. Kortom: ga fietsen!
  • De bonussen van de raad van bestuur rijzen de pan uit, de managers lopen de kantjes ervanaf en het overige personeel komt soms dagenlang niet op kantoor. Kortom: tijd voor een reorganisatie!

Als er na kortom maar één woord of een paar woorden volgen en het geheel maakt deel uit van een grotere zin, staat er meestal geen leesteken achter:

  • Als je na een uitbundig feest zware hoofdpijn hebt en niets binnen kunt houden, kortom een kater hebt, heb je dat alleen jezelf te verwijten.
  • Een huis zonder plafonds en vensterglas, kortom een bouwval, kun je gerust onbewoonbaar noemen.

Kortom kan ook op andere plaatsen in een zin staan:

  • Je kunt kortom best op je intuïtie vertrouwen.
  • Er was kortom niets meer aan te doen.

Dit kortom kan eventueel benadrukt worden door het tussen komma’s te zetten, al is dat niet zo gebruikelijk. Staat kortom aan het einde van de zin, dan komt er altijd een komma voor.

  • Je kunt, kortom, best op je intuïtie vertrouwen.
  • Je kunt best op je intuïtie vertrouwen, kortom.

Alles weten over leestekens en hoe je ze gebruikt? Bestel dan ons boek Leestekens!

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar.

Stel hier je vraag