Wanneer gebruik je gebeurd en wanneer gebeurt?
In een zin als ‘Wat is er gebeurd?’ is gebeurd juist. In bijvoorbeeld ‘Er gebeurt hier altijd wat’ is gebeurt goed.
Wat is er gebeurd?
In ‘Wat is er gebeurd?’ is gebeurd een voltooid deelwoord. Dat eindigt op een d, omdat er in de verleden tijd gebeurde ook een d zit. Deze d uit de verleden tijd komt dus terug aan het einde van het voltooid deelwoord gebeurd.
In dit zinnetje is wat het onderwerp. De werkwoordsvorm die zich aanpast aan dit onderwerp: is. Dat wil dus zeggen dat is de persoonsvorm is.
Er gebeurt hier altijd wat
In ‘Er gebeurt hier altijd wat’ is gebeurt de persoonsvorm. Het onderwerp is wat. Daarom geldt de regel: stam (gebeur) + t = gebeurt. ‘Er gebeurt hier altijd wat’ is dus vergelijkbaar met bijvoorbeeld ‘Er speelt hier altijd wat’ en ‘Er valt hier altijd wat voor.’ Tegenwoordige tijd enkelvoud, dus: stam + t.
Voor wie zich afvraagt welke functie er dan heeft in deze zin: er is hier plaatsonderwerp. Het leidt als het ware het ‘echte onderwerp’ (wat) in.
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!
Oefenen?
Doe de ‘gebeurt of gebeurd?’-test! (tien vragen)
Vond je deze test lastig? Dan is onze online training werkwoordspelling iets voor jou. In deze training krijg je niet alleen meer uitleg over de spelling van persoonsvormen en voltooide deelwoorden, maar over állerlei soorten werkwoorden. Met behulp van filmpjes, stroomschema’s en oefeningen schrijf je alle werkwoorden binnen de kortste keren foutloos!
Handig hulpmiddel: de Taal*maat
De Taal*maat D, t of dt? is een stroomdiagram waarmee je kunt bepalen of stam + t goed is of niet. Een handig hulpmiddel om de juiste vorm te kiezen in de tegenwoordige tijd!
Klik op het schema om het te vergroten: