Wat is juist: enigszins of enigzins?
Enigszins (met s na enig) is juist.
Enigszins heeft twee betekenissen: ‘een beetje’ en ‘op welke manier dan ook’. Voorbeelden:
- Ik was enigszins van mijn stuk gebracht.
- Mag ik een enigszins voor de hand liggende vraag stellen?
- Wil je als het enigszins mogelijk is morgen al om acht uur beginnen?
- Als ik ook maar enigszins tijd kan vrijmaken, ga ik naar mijn moestuin.
Enigszins bestaat uit enig (‘een of ander’) en zin (‘manier, wijze’). De oorspronkelijke betekenis is dus ‘op een of andere manier’. De s’en in enigszins zijn overblijfselen van oude naamvallen, in dit geval de tweede naamval (ook wel ‘genitief’ genoemd). Deze s’en werden onder meer gebruikt om bijwoorden af te leiden. Deze bijwoords-s komt bijvoorbeeld ook voor in eens (‘eenmaal’, afgeleid van het telwoord een) en in desnoods (‘zo nodig, in het uiterste geval, voor mijn part’).
Enigszins is eeuwenoud. Het Etymologisch Woordenboek van het Nederlands vermeldt dat het voor het eerst te vinden is in een tekst uit 1260 (als enegssins).
Geenszins, anderszins, alleszins en veelszins
Er zijn meer woorden waarin twee oude-naamvals-s’en zitten: geenszins (‘helemaal niet’), anderszins (‘op een andere manier’), alleszins (‘in alle opzichten’, ‘hoe dan ook’) en veelszins (‘in meer dan één opzicht’). Voorbeelden:
- Maak je geen zorgen: ik voel me geenszins tekortgedaan.
- Iemand die extra hard werkt of zich anderszins verdienstelijk maakt, krijgt een bonus.
- Haar verzoek was alleszins redelijk.
- De auditie was alleszins leuk, maar ik weet niet of ik de rol heb.
- Ik voel me veelszins bevoorrecht.
Geenszins: formeel
Alle woorden die hierboven genoemd zijn, zijn tamelijk ouderwets en formeel. Gebruik ze niet in teksten die voor een brede doelgroep begrijpelijk moeten zijn.
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!