Wat is juist: ‘Ik was vroeger bang voor Zwarte Piet’ of ‘Ik was vroeger bang voor zwarte piet’?
‘Ik was vroeger bang voor Zwarte Piet’ is juist.
(Zwarte) Piet
Zwarte Piet, met twee hoofdletters, is de eigennaam van de helper van Sinterklaas. Eigennamen krijgen een hoofdletter:
- Ik was vroeger bang voor Zwarte Piet.
- Daar komen Sinterklaas en Zwarte Piet aan.
- Zwarte Piet ging uit fietsen, toen klapte zijn band.
Omdat er veel discussie is (geweest) over het zwarte uiterlijk van Zwarte Piet, wordt dat woord tegenwoordig vaak weggelaten:
- Daar komen Sint en Piet aan.
- Piet ging uit fietsen, toen klapte zijn band.
Al jarenlang zijn er allerlei verschillende pieten (geweest): Hoofdpiet, Wegwijspiet, Sorrypiet, Proefpiet, Piet de Smeerpoets, Rijmpiet, enz. Ook die namen krijgen hoofdletters.
Iemand die (Zwarte) Piet speelt: (zwarte) piet
Volgens de regels krijgt (zwarte) piet kleine letters als deze benaming als ‘soortnaam’ gebruikt wordt. Dan is niet het unieke personage Zwarte Piet bedoeld, maar een willekeurig iemand die zich verkleed heeft als de helper van Sinterklaas. Ook hulppiet, roet(veeg)piet, schoorsteenpiet en regenboogpiet zijn soortnamen voor helpers van Sinterklaas en krijgen daarom kleine letters.
- De roetveegpieten en regenboogpieten dansten vrolijk op de stoomboot.
- Bij dat bedrijf kun je goede pieten inhuren.
- We zullen nog een extra (zwarte) piet regelen.
Wie in die laatste zin liever ook hoofdletters schrijft, maakt volgens ons geen grote fout. Je kunt (Zwarte) Piet daar immers ook opvatten als de eigennaam van een personage. Zo’n eigennaam behoudt altijd zijn hoofdletter(s), door wie het personage ook wordt uitgebeeld. ‘Vind jij Michael Gambon een betere Dumbledore dan Richard Harris?’ Hier behoudt het Harry Potterfilm-personage Dumbledore ook zijn hoofdletter.
Kaartspel of zondebok: zwartepiet
Wanneer met zwartepiet een kaart uit een kaartspel bedoeld is (de schoppenboer), zijn alleen de kleine letters juist. Zwarte en piet zijn dan bovendien één woord.
- Bij het kaartspel zwartepieten is degene met de zwartepiet de verliezer.
Van het kaartspel zijn ook het figuurlijk gebruikte zwartepieten (‘voortdurend proberen elkaar de schuld te geven’) en de uitdrukking iemand de zwartepiet toeschuiven/toespelen (‘iemand de schuld geven, tot zondebok maken’) afgeleid. Ook dan is deze schrijfwijze met kleine letters juist.
- Ik heb genoeg van dat politiek zwartepieten.
- Hij kreeg de zwartepiet toegespeeld.
- De directeur schoof de zwartepiet door naar het bestuur.
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!
Toch nog een vraag?
Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar.
https://onzetaal.nl/taalloket/vraag-stellen