Wat is er gebeurd?

In ‘Wat is er gebeurd?’ is gebeurd een voltooid deelwoord. Dat eindigt op een d, omdat er in de verleden tijd gebeurde ook een d zit. Deze d uit de verleden tijd komt dus terug aan het einde van het voltooid deelwoord gebeurd. In dit zinnetje is wat het onderwerp. De werkwoordsvorm die zich aanpast aan dit onderwerp: is. Dat wil dus zeggen dat is de persoonsvorm is.

Er gebeurt hier altijd wat

In ‘Er gebeurt hier altijd wat’ is gebeurt de persoonsvorm. Het onderwerp is wat. Daarom geldt de regel: stam (gebeur) + t = gebeurt. ‘Er gebeurt hier altijd wat’ is dus vergelijkbaar met bijvoorbeeld ‘Er speelt hier altijd wat’ en ‘Er valt hier altijd wat voor.’ Tegenwoordige tijd enkelvoud, dus: stam + t. (Voor wie zich afvraagt welke functie er dan heeft in deze zin: er is hier plaatsonderwerp. Het leidt als het ware het ‘echte onderwerp’ (wat) in.)

Meer informatie

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar

Bel 085 00 28 428 Bel 085 00 28 428

(gebruikelijke belkosten, geen extra kosten)

Of stel je vraag via social media of per mail

Oefenen?

Doe de ‘gebeurt of gebeurd?’-test! (tien vragen)

Handig hulpmiddel: de Taal*maat

De Taal*maat D, t of dt? is een stroomdiagram waarmee je kunt bepalen of stam + t goed is of niet. Een handig hulpmiddel om de juiste vorm te kiezen in de tegenwoordige tijd!

Klik op het schema om het te vergroten:

D, t of dt