Maandag tot en met zondag

De afkortingen van de dagen van de week zijn in principe de eerste twee letters van de naam: maandag wordt ma, dinsdag wordt di, enz. Na die twee letters mag een punt worden gezet, maar verplicht is dat niet. Van enkele dagen bestaat ook een drie- of vierletterige afkorting. In een overzicht met meerdere dagen is het wat mooier om alleen de tweeletterige afkortingen te gebruiken.

naam van de dag afkorting in twee letters afkorting in twee letters met punt andere mogelijkheden
maandag ma ma.
dinsdag di di.
woensdag wo wo. woe / woe.
donderdag do do.
vrijdag vr vr. vrij / vrij.
zaterdag za za. zat / zat.
zondag zo zo.

Januari tot en met december

De afkortingen van de maanden bestaan meestal uit de eerste drie letters van de naam: januari wordt jan, februari wordt feb, enz. Na die drie letters mag een punt worden gezet, maar verplicht is dat niet. Van enkele maanden bestaat ook een alternatieve, vierletterige afkorting.

De naam mei heeft geen afkorting, en de namen juni en juli worden vaak voluit geschreven, omdat de afkorting nauwelijks korter is. In een overzicht met meerdere maanden kan het omwille van de consequentie de voorkeur verdienen om steeds de drieletterige schrijfwijze te gebruiken.

naam van de maand afkorting in drie letters afkorting in drie letters met punt andere mogelijkheden
januari jan jan.
februari feb feb. febr / febr.
maart mrt mrt.
april apr apr.
mei - (blijft mei) - (blijft mei)
juni jun jun. juni (voluit)
juli jul jul. juli (voluit)
augustus aug aug.
september sep sep. sept / sept.
oktober okt okt.
november nov nov.
december dec dec.

Wenselijkheid van afkortingen

Het is lang niet altijd nodig om namen van dagen en maanden af te korten. In een gewone tekst kun je ze vaak beter voluit schrijven: dat leest prettiger. Alleen in beknopte overzichten kan het soms nuttig zijn om in verband met de ruimte afkortingen te gebruiken.

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!