Wat is een lange aanloop?

In zinnen met een lange aanloop staat de informatie waar het om gaat, ver naar achteren in de zin. Iemand komt dus niet direct ter zake, maar begint met een aanloopje.

Deze zin heeft bijvoorbeeld een wat lange aanloop: ‘Door de deelnemers voorafgaand aan het traject om af te vallen een medische test te laten doen, zorgen de wetenschappers voor een veilig en betrouwbaar onderzoek.’

De kern van deze zin is dat de wetenschappers een veilig en betrouwbaar onderzoek garanderen. Maar voordat je die boodschap ziet staan, staat eerst hóé ze dat gaan doen, en in welke situatie.

Meer voorbeelden:

In deze gemeente is naar aanleiding van de gevaarlijke situaties die bij veel opslagplaatsen van chemische middelen zijn aangetroffen, de behoefte ontstaan om in te grijpen.
Als werknemers, zoals tijdens de coronacrisis van 2020 maandenlang het geval was, meer dan drie dagen per week thuiswerken, neemt hun betrokkenheid bij het bedrijf af.

Duidelijker zonder lange aanloop

Zinnen met een korte of langere aanloop komen veel voor. Hoe langer de aanloop, hoe moeilijker de zin voor de lezers wordt. De lange aanloop doet namelijk een groot beroep op hun kortetermijngeheugen: ze moeten allerlei informatie onthouden zonder dat ze weten waar het om zal gaan. Bovendien maakt zo’n lange aanloop de zin ook nog eens lang. Dat maakt zo’n zin extra moeilijk.

Hoe kun je een zin met een lange aanloop vermijden of duidelijker maken? Je kunt de kern vooraan in de zin zetten en de aanloop naar achteren verplaatsen. Of je besluit dat de aanloop belangrijk genoeg is voor een zelfstandige zin en je knipt de zin dus in tweeën. Soms is dan een extra signaalwoord nodig om het verband tussen de zinnen duidelijk te houden.

Duidelijker zijn bijvoorbeeld:

De wetenschappers zorgen voor een veilig en betrouwbaar onderzoek door de deelnemers van tevoren een medische test te laten doen.
In deze gemeente is de behoefte ontstaan om in te grijpen bij de opslagplaatsen van chemische middelen. De aanleiding hiervoor is de gevaarlijke situatie die bij veel opslagplaatsen is aangetroffen.
Tijdens de coronacrisis van 2020 waren werknemers maandenlang meer dan drie dagen per week thuis aan het werk. Daardoor nam hun betrokkenheid af.