Page 23 - OnzeTaal_febmrt2021_HR
P. 23
personen die het met de beleefdheidsconventies niet trekker: “Geen.” En op de vervolgvraag of hij als niet-
zo nauw nemen. Dat bleek wel toen hij op visite bij de econoom dan niet ongeschikt is voor het minister-
Amerikaanse president Trump hard ‘No’ riep toen hij presidentschap, zei hij: “Vind ik zeker. Als u nog veel
het niet eens was met wat die beweerde. Of toen hij van dit soort vragen stelt, waarmee ik het zo goed eens
voetbalsupporters wegens corona adviseerde: “Gewoon ben, zal dit interview niet lang kunnen duren.” Hij slaat
je bek houden.” Taal die deze groep tenminste begrijpt zo vier vliegen in één klap. Hij dempt de verwachtingen.
en die dus goed publiekgericht is. Zijn bescheidenheid wekt bij een deel van het publiek
sympathie. Zijn onverwachte instemming met de nega-
TWEE DINGEN tief geladen vraag ontwapent de journalist. En door zijn
Over Ruttes taalgebruik valt nog veel meer op te mer- ironie komt hij bij een ander deel van het publiek over
ken, maar om zijn prestaties beter te kunnen beoordelen als iemand die vooringenomen journalisten uitstekend
is het dienstig om ze in historisch perspectief te plaat- voor schut kan zetten.
sen, door na te gaan hoe zijn voorgangers het ervan
afbrachten. Om te beginnen Piet de Jong, premier van KRONKELZIN
1967 tot 1971. Zijn beknoptheid was zijn sterkste punt, Ruud Lubbers (1982-1994) zou als leraar Nederlands
niet zozeer omdat dit de lezer en vooral de spreker tijd twee gezichten hebben gehad. Als schrijfdocent liet hij
spaart, maar omdat het de duidelijkheid bevordert: zien dat het loont om zo ingewikkeld mogelijk te formu-
“Lange uitweidingen leiden tot misverstanden omdat leren. Duidelijke taal is een mooi streven, maar een poli-
iedereen er weer aan gaat breien, een soort exegese van ticus heeft bij conflicten meer aan een zin als een grab-
wat het precies betekent en dan lees je tot je stomme belton, waar alle partijen iets van hun gading uit kunnen
verbazing soms dingen in de krant waarvan je denkt: halen. Een voorbeeld van zo’n lubberiaanse kronkelzin
hoe krijgen ze het voor mekaar.” De Jong was ook ge- uit de tijd van de kruisrakettencrisis is: “Al is, afgezien
wiekst. Ten tijde van een slepend conflict met minister van de ethische redenering van atoompacifisten de zin-
van Buitenlandse Zaken Joseph Luns over de vraag wie loosheid van weer nieuwe wapensystemen in antwoord
na buitenlandse reizen de pers het eerst mocht toespre- op de [Russische – FJ] SS-20 goed pleitbaar, om militair-
ken, kregen de kleine premier en de boomlange minister psychologische redenen zal op den duur een te grote gap
bij een persconferentie een grote schaal met cake gepre- versus de SS-20 niet doenbaar zijn.” Zo gauw er ook nog
senteerd. De Jong zei: “Geeft u eerst aan deze meneer, iets zalvends in Lubbers’ zinnen doorklinkt, wordt het
die moet er nog van groeien.” Grapje, maar toen Luns nóg lastiger de zin te doorgronden, zoals bij “Laten we
met zijn mond vol cake zat, beantwoordde De Jong de elkaar het verleden niet kwalijk nemen, maar laten we
vragen. vooruitdenken op een wat langer traject, het eens wor-
Na een kort intermezzo van Barend Biesheuvel stond
van 1973 tot 1977 Joop den Uyl aan het roer. Den Uyl was
juist een expert in breedsprakigheid. Dat blijkt alleen al Lubbers liet zien dat het
uit zijn favoriete frase aan het begin van een gespreks-
beurt: ‘Twee dingen’, een trucje om langer aan het loont om zo ingewikkeld
woord te blijven. Mede door die breedsprakigheid duur-
den de vergaderingen van de ministerraad tot diep in mogelijk te formuleren.
de nacht, tot ongenoegen van bijvoorbeeld minister
van Justitie Dries van Agt, die vond dat “de Schepper
de nacht voor iets anders [heeft] bestemd dan om te ver- den dat er een idee moet bestaan van wat verantwoorde-
gaderen in het Catshuis”. Zelfs koningin Juliana was lijkheidsbeleving van staten en van gezamenlijke staten
ongerust: “Als meneer Den Uyl er nu maar aan denkt betekent.”
dat andere ministers eerder moe worden dan hij.” Waar- Lubbers’ lessen voor de mondelinge taalbeheersing
schijnlijk dacht Den Uyl daar júíst vooral aan. Met zijn vallen minder dubbelzinnig uit. Toen hij merkte hoe
wijdlopigheid kon hij de wil van zijn tegenstanders makkelijk het voor radio- en televisiejournalisten was
breken. Met succes. Een afgepeigerde minister zei eens: om hem door middel van wat knip-en-plakwerk precies
“Nou Joop, laten we maar iets beslissen; het kan me het tegenovergestelde te laten zeggen van wat hij be-
niet meer schelen wát, maar wij willen naar huis.” doelde, nam hij drastische maatregelen: journalisten
mochten geen opnamen meer maken van persconferen-
MELANCHOLIEKE NEVELS ties en hij kwam het liefst live op tv. En als dat niet
Bij Van Agt (1977-1982) zullen de meesten denken aan mogelijk was, sprak Lubbers een bijdrage in die exact
zijn stilistische talenten, zoals hij die bijvoorbeeld de- de gewenste duur had. In zijn streven naar bescherming
monstreerde bij zijn afscheid van de politiek. “Met u, van de eigen uitspraken heeft hij school gemaakt.
dames en heren van de pers, heb ik steeds in een merk-
waardige haat-liefdeverhouding geleefd, een clair- HET KOOLIJK HUIS
obscur dat straks in de herinnering zal vervagen als Na Lubbers kwam Wim Kok (1994-2002), een kundig
het veelkleurige loofbos onder de melancholieke nevels bestuurder zonder bijzondere kwaliteiten op het gebied
van de herfst.” van onze taal en met een voorliefde voor clichés. De
Maar Van Agt had meer in huis dan woordkunst. Zo dichter Gerrit Komrij verwoordde Koks saaiheid afdoen-
wees hij op het nut van tolken bij officiële internationale de met: “Zodra Wim Kok in mijn droom verschijnt, val
gesprekken, juist als je de moedertaal van je gespreks- ik in mijn slaap in slaap.” ONZE TAAL 2021 — 2/3
genoot zelf ook beheerst. Niet alleen kun je zo twee keer Nog meer kritiek is Jan Peter Balkenende (2002-2010)
horen wat die te berde brengt, maar ook heb je meer ten deel gevallen. Men stoorde zich aan zijn onbeholpen
tijd om over je antwoord na te denken. Van Agt is de eer- spreken, zoals in zijn reactie op een koninklijke kerst-
ste premier die bouwt aan zijn imago, in dit geval van toespraak: “Ik heb mezelf natuurlijk de vraag gesteld:
iemand met meer animo voor wielrennen dan voor het het signaal dat de koningin geeft van hoe gaan we met
land besturen. Zo antwoordde hij op de vraag van een elkaar om in ons land, dat past eigenlijk in een lange
televisiejournalist wat hij voor voordelen had als lijst- traditie, en ik denk dat we daar blij mee mogen zijn, van 23