Uit de naslagwerken blijkt dat beide uitspraakvarianten in elk geval al zo’n tachtig jaar voorkomen. Ook bij het bijvoeglijk naamwoord marsepeinen zijn beide varianten mogelijk. 

Behalve twee klemtonen heeft marsepein ook twee lidwoorden: zowel het marsepein als de marsepein is correct.

Het Nederlands heeft marsepein in de vijftiende eeuw geleend uit het Frans (marcepain), dat het weer leende uit het Italiaans (marzapane). Het Woordenboek der Nederlandsche Taal vermeldt een citaat met marsepein uit een kookboek uit 1599: “Een geback, dat Marsapain heet (...). Neemt Amandelen (...): stoot die [= stamp die fijn] (...). Dan neemt also vele goet wit Zuyckers als Amandelen. Alst al wel t’samen gestooten is, ende met Rooswater gelenget [= aangelengd].”

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar.

Stel hier je vraag