Welk teken gebruik je voor nadruk: is het bijvoorbeeld wèl of wél?
Juist is wél. Bijvoorbeeld: ‘Het beleid is wél zinvol.’ Het nadrukteken is altijd een streepje van linksonder naar rechtsboven.
Om een woord of lettergreep te benadrukken, gebruik je het nadrukteken of klemtoonteken ( ´ ). Dat teken ziet er net zo uit als het accent aigu, het accent dat bijvoorbeeld op café staat.
Nadrukteken ( ´ ): wél, lópen, áán, níéuw, blíjft
Het nadrukteken ( ´ ) komt zowel op korte als op lange klinkers: wél, én, dát, lópen, bálen, enz. Als er sprake is van een lettergreep met twee of meer klinkers, komen er twee accenten: vóór, níéuw, enz. Voorbeelden:
- Dé website voor taalliefhebbers!
- Ik wil dát boek.
- Wandelen is leuk én gezond.
- Wandelen is voor mij jé van hét.
- Vóór de vergadering heb ik geen tijd; ik bel je daarna wel.
- Die bal was úít!
- Dóé dan iets!
- Het duurt ééuwen voor je aan de beurt bent.
- Ik wil zo graag iets níéuws ...
Ook op de ij in bijvoorbeeld blijft staan in principe twee accenttekens: ‘Jij blíjft ook maar bezig met dat tuinhuis!’ Alleen als het technisch niet lukt om op de j een accent te zetten, mag het op de j achterwege blijven.
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!
Veel mensen hebben geleerd dat op korte klinkers een accent grave hoort (wèl, dàt) en op lange klinkers een accent aigu (lópen, gáán). Dat verschil is in 1995 officieel afgeschaft. Het accent grave is alleen een uitspraakteken en geen nadrukteken.
Accent aigu: café, hé
Het accent aigu ( ´ ) fungeert niet alleen als nadrukteken of klemtoonteken, maar ook als uitspraakteken in woorden als café en privé en in hé (‘hee’). Het heeft dus een ‘dubbelfunctie’.
Accent grave: scène, hè, bèta
Het accent grave ( ` ) is alleen een uitspraakteken. Het komt voor op de e, meestal in woorden van Franse herkomst: scène, ampère, misère. Ook in Griekse woorden als bèta, stèle en thèta is het accent grave goed. Bovendien komt het soms in Nederlandse of vernederlandste woorden voor om de juiste uitspraak van de letter e aan te geven, zoals in appèl (heeft in het Frans geen accent), hè en blèren.
Verder komt het accent grave voor op de a in bijvoorbeeld twee à drie dagen en in Franse uitdrukkingen als à la carte en à propos.
Ook op hoofdletters kan een klemtoonteken staan: ‘Úít met die felle lamp!’ Een uitzondering geldt voor het woord één: als dat aan het begin van een zin voorkomt, vervalt het eerste accent op de hoofdletter e. Zie voor meer uitleg daarover deze pagina.
Hieronder staan voorbeelden van zinnen waarin een woord benadrukt wordt en er dus een klemtoonteken staat op de beklemtoonde lettergreep.
- Ik wil dát boek.
- Dé website voor taalliefhebbers!
- Nu éérst even douchen.
- Eén moet wel kunnen.
- Toen was er éíndelijk koffie ...
- Wandelen is leuk én gezond.
- Léúk? Nou, daar kun je over van mening verschillen.
- Wandelen is voor mij jé van hét.
- Het duurt ééuwen voor je aan de beurt bent.
- Ze heeft énige ervaring mag je wel zeggen.
- Patiënten moeten ínzicht krijgen.
- Ik wil zo graag iets níéuws ...
- Óngelooflijk, zeg!
- Ze willen graag inzicht in de kósten, niet in de projecten zelf.
- Maar hóé dan?
- Die opgravingen blijken ongelóóflijk oud te zijn.
- Vóór de vergadering heb ik geen tijd; ik bel je daarna wel.
- Dóé dan iets!
- Die bal was úít!