De f in apocriefe is wel een bijzonder geval. Andere bijvoeglijke naamwoorden die op -ief eindigen, krijgen in afleidingen wel een v: naïef - naïeve, actief - actieve, vief - vieve, enz.

Apocrief (‘niet erkend, niet geloofwaardig’) is een uit het Grieks geleend woord. Het komt van apokruphos, dat 'verborgen' betekent. In woorden die uit het Grieks afkomstig zijn, blijft de f behouden in het meervoud of bij verbuiging. Vergelijkbare woorden zijn fotograaf - fotografen, hiëroglief - hiërogliefen, filosoof - filosofen en amorf - amorfe.

Het woord komt veel voor in de context van de Bijbel: sommige geschriften worden weleens als bijbelboek aangeduid, maar worden door de kerk niet als gezaghebbend erkend. Deze boeken worden de apocriefe boeken of kortweg de apocriefen genoemd. Daarnaast heeft apocrief de wat algemenere betekenis ‘niet authentiek, ongeloofwaardig’, zoals in: ‘Dat is een apocrief verhaal.’

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar.

Stel hier je vraag