De uitroepen o en oh bestaan allebei; ze kunnen onder meer vreugde, verdriet, verwondering en schrik uitdrukken. Welke spelling de voorkeur heeft, hangt van de uitspraak af.

De spelling o past bij de uitspraak met een ‘open’ o-klank, net als in zo en hallo. In de meeste gevallen heeft o de voorkeur:

  • o ja
  • o nee
  • o wee
  • o zo vriendelijk
  • O, wacht even ...
  • O, zit dat zo?
  • O, bedoel je dat?
  • O, dat doe ik wel even.
  • O, wat zijn we weer bijdehand!
  • Wie o wie heeft mijn fietssleutel gezien?

Oh heeft een ‘doffere’ o-klank, ongeveer als in door. Het drukt vaak ontzetting of verontwaardiging uit. In de volgende zinnen is oh beter op zijn plaats:

  • Oh, nou is-ie stuk!
  • Oh, wat een rotopmerking!

In sommige zinnen is zowel o als oh goed voorstelbaar:

  • O, wat erg! (‘óó’, zoals in zo)
  • Oh, wat erg! (‘òò’, zoals in door)

Blij met deze uitleg?

Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar

Bel 085 00 28 428 Bel 085 00 28 428

(gebruikelijke belkosten, geen extra kosten)

Of stel je vraag via social media of per mail