falanx
dichte formatie van (gewapende) strijders
“‘Als een soort falanx begon de politie het Malieveld schoon te vegen’, zegt Martijntje Smits. ‘Ik zag hoe mensen in elkaar geknuppeld werden – mensen die weerloos waren, die niet waren gehoord.’”
(Bron: ‘Het had de vorm van een coup. Maar dat mag je niet zeggen’ – Maarten Keulemans, de Volkskrant, 16 maart 2025)
Betekenis
dichte formatie van (gewapende) strijders, groep bewapende soldaten in gevechtsformatie
Uitspraak
fa-lanks of fa-lanks
Woordfeit
Falanx komt van het Latijnse phalanx, dat zelf weer uit het klassiek Grieks komt. Het is van oorsprong een militaire term: een rechthoekige, dicht aaneengesloten gevechtsformatie van gewapende soldaten. Het was de traditionele slagorde van de Grieken in de Klassieke Oudheid, die geperfectioneerd zou zijn door de Macedoniërs. Tegenwoordig wordt het ook breder gebruikt voor een groep mensen die een (gesloten) front vormen tegenover anderen.
Het woord zelf is waarschijnlijk ontstaan uit een vorm van beeldspraak: vermoedelijk is de oudste betekenis van phalanx ‘balk, stam’, en riep het beeld van soldaten in falanx-opstelling het idee van een rollende boomstam op. Overigens zou ons woord plank verwant kunnen zijn aan phalanx, via de Latijnse tussenvorm palanca.
In de medische wereld duidt falanx ook een kootje van een vinger of teen aan.
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!