emeritus
(in bepaalde beroepen:) met pensioen
Citaat
“De hoofdredacteur van website neerlandistiek.nl, Marc van Oostendorp, maakt bekend wie de Everwinus Wassenbergh Penning krijgt: Marita Mathijsen, emeritus hoogleraar moderne Nederlandse letterkunde.”
(Bron: Marita Mathijsen krijgt Everwinus Wassenbergh Penning – De Taalstaat, 18 maart 2023)
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!
Betekenis
met pensioen (emeritaat) zijnd (als predikant of hoogleraar)
Uitspraak
ee-mee-rie-tus
Woordfeit
In sommige functies gaan mensen niet met pensioen, maar met emeritaat (in Nederland) of op emeritaat (in België). Zo is een emeritus hoogleraar een hoogleraar die die functie vanwege de leeftijd heeft neergelegd. En ook geestelijken, zoals predikanten en pausen, worden na het neerleggen van hun werkzaamheden emeritus. Soms worden ook andere uitgediende hoge functionarissen, zoals magistraten, emeritus genoemd.
Emeritus kan als bijvoeglijk naamwoord gebruikt worden, maar ook als zelfstandig naamwoord: de emeritus en in het meervoud de emeriti. Als vrouwelijke vorm kun je emerita gebruiken.
Emeritus is een vorm van het Latijnse werkwoord emerere of emereri, dat ‘uitdienen’ betekent. Aanvankelijk duidde emeritus een ‘uitgediende’ soldaat aan. Inmiddels gaat het dus om hoogleraren en geestelijken.
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!