agnost
iemand die meent dat je niets met zekerheid kunt zeggen over het bovennatuurlijke
Citaat
“Soms probeer ik aan mijn leven als agnost dan maar zelf een sprankje magie toe te voegen, wat prima kan en bekendstaat onder de noemer creativiteit: iedereen heeft het. En heel soms verrast het leven je met een moment van magie.”
(Bron: Magie voor atheïsten – Noël Ummels, Het Financieele Dagblad, 8 augustus 2023)
Betekenis
iemand die van mening is dat je niets met zekerheid kunt zeggen over het bovennatuurlijke
Uitspraak
a-gnost
Woordfeit
Het woord agnost is afgeleid van agnosticisme. Dat is de overtuiging dat het niet mogelijk is iets te weten van God of andere zaken die boven de waarneembare werkelijkheid uitstijgen (oftewel van het bovennatuurlijke). Een agnost (of agnosticus) is iets anders dan een atheïst: een atheïst ontkent het bestaan van een god, een agnost zegt dat mensen niet kunnen weten of er zoiets als een god bestaat.
Het Nederlands heeft agnosticisme ontleend aan het Engelse agnosticism. Dat woord is door de Engelse bioloog en arts Thomas Henry Huxley (1825-1895) gevormd op basis van het klassiek Griekse agnostos, dat ‘onbekend, onberekenbaar’ betekent. Dat bestaat uit het voorvoegsel a- (‘niet-’) en het woord gnostos, ‘bekend, kenbaar’, dat een afleiding is van gignoskein, dat ‘leren kennen, begrijpen’ betekent.
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!