Wat betekent van de bovenste plank zijn en waar komt deze uitdrukking vandaan?
Als je iets van de bovenste plank noemt, vind je het zeer goed, het beste in zijn soort. Bijvoorbeeld: ‘Dit boek is echt van de bovenste plank.’ Als je het van iemand zegt, bedoel je dat je die persoon een geweldig iemand vindt, bijvoorbeeld: ‘Femke Bol is een atlete van de bovenste plank.’ Van de bovenste plank komt ook weleens ironisch voor, zoals in ‘Dat plastic speelgoed dat haast niets kost, is echt rotzooi van de bovenste plank’ (‘heel erge rotzooi’).
Deze uitdrukking komt van het algemene principe dat spullen die je niet dagelijks gebruikt, niet voor het grijpen hoeven te liggen. Je bewaart ze dus op de bovenste plank. Dat geldt zeker voor de mooie spullen, die je immers alleen bij feestelijke gelegenheden gebruikt. Bovendien ben je daar zuinig op, dus op de bovenste plank staan ze het veiligst. De gedachte dat de spullen op de bovenste plank het mooist zijn, leidde ertoe dat van de bovenste plank de betekenis ‘het beste’ kreeg.
F.A. Stoett verwijst bij van de bovenste plank naar de uitdrukking het is van het bovenste bordje, die hetzelfde betekende. Bordje is hier een verouderd synoniem van plankje.
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!