Waar komt van de bovenste plank vandaan?
Als gezegd wordt dat iets van de bovenste plank is, is het zeer goed, het beste in zijn soort. En als van iemand wordt gezegd dat hij van de bovenste plank is, wil dat zeggen dat het een prima persoon is. Het Groot Uitdrukkingenwoordenboek van Van Dale (2006) vermeldt dat van de bovenste plank ook weleens ironisch wordt gebruikt, zoals in 'Dat plastic speelgoed dat haast niets kost, is echt rotzooi van de bovenste plank' ('heel erge rotzooi').
Deze uitdrukking gaat terug op het algemene principe dat spullen die je niet dagelijks gebruikt, niet voor het grijpen hoeven te liggen en dus op de bovenste plank worden bewaard. Dat geldt zeker voor de mooie spullen, die immers alleen bij feestelijke gelegenheden worden gebruikt. Bovendien zijn we er zuinig op, en op de bovenste plank staan ze het veiligst. De gedachte dat de spullen op de bovenste plank het mooist zijn, leidde ertoe dat van de bovenste plank de betekenis 'het beste' kreeg.
F.A. Stoett verwijst bij van de bovenste plank naar de uitdrukking het is van het bovenste bordje, die hetzelfde betekende. Bordje is hier een verouderd synoniem van plankje.
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 2 steun je Onze Taal. Bedankt!