Wat betekent uit je slof schieten en waar komt deze uitdrukking vandaan?
Uit je slof schieten betekent ‘totaal onverwacht iets bijzonders doen’, ‘plotseling boos of driftig worden’ en ook wel ‘ineens een royaal gebaar maken’ en ‘een bijzonder rake opmerking maken’.
Slof betekent hier ‘het sloffen’, waarmee ‘getreuzel, loomheid, traagheid, onverschilligheid’ is bedoeld. Oorspronkelijk werd uit je slof schieten gebruikt in de betekenis ‘niet langer nalatig zijn, de zaken eindelijk gaan aanpakken’. Gaandeweg verschoof de betekenis naar ‘meer doen of meer zeggen dan men van je gewend is’. Het Groot Uitdrukkingenwoordenboek van Van Dale (2006) geeft het volgende citaat van P.C. Hooft: “Maar sint [sinds] het verooveren van Dietenhove sloegh de slof in ’s vyands bedryf [activiteiten].” Kennelijk kon de slof vroeger ook ergens ín slaan, wat betekende dat er een einde kwam aan de voortvarendheid.
Andere uitdrukkingen met slof: ’t blijft in het/de slof (‘de betrokkenen werken het niet af’, ‘men komt niet tot een beslissing’) en de slof zit erin (‘de mensen zijn nalatig’). We kunnen de zaken ook laten versloffen (‘verwaarlozen’).
Slof kwam al in de zestiende eeuw voor in de betekenis ‘nalatig’. Er waren ook verschillende scheldwoorden met slof in gebruik: sloffaert (‘een gemakzuchtig persoon’), slofkoker (‘slons, iemand die de boel verwaarloost’) en sloftoffel (‘slome vrouw’).
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!