Wat betekent in de aap gelogeerd zijn en waar komt deze uitdrukking vandaan?
In de aap gelogeerd zijn betekent dat je in de problemen zit. Bijvoorbeeld: ‘De verzekering wilde de schade niet vergoeden en toen waren we helemaal in de aap gelogeerd.’
Waar deze uitdrukking vandaan komt, is niet zeker. De meeste spreekwoordenboeken vermoeden een verband met een herberg met de (spot)naam (In) de Aap. Omdat apen vroeger slecht bekendstonden (als lelijk en boosaardig), was het verblijf daar vast niet prettig: je werd er afgezet of bestolen. Het is ook mogelijk dat men bedoelde dat er een aap was afgebeeld op het uithangbord van zo’n herberg. In een boek over uithangborden uit 1867 staat: “De Gouden Aap hangt nog aan twee logementen te Brugge uit. De Slijpende Aap
hing in ’t begin der 18de eeuw bij een slijper op den Haarlemmerdijk bij de Eenhoornssluis; dus zich zelven als een aap voor te stellen was een aardigheid, die al op middeleeuwsche zegels voorkomt.”
Herberg In ’t Aepjen
Er wordt weleens geopperd dat in de aap gelogeerd zijn verwijst naar één bepaalde herberg: ’t Aepje of ’t Aepgen, gelegen aan de Zeedijk in Amsterdam. Ook op internet doet dit verhaal (met enkele varianten) de ronde. Aan de Zeedijk ligt inderdaad een café dat In ’t Aepjen heet, maar dat café zit daar pas sinds de jaren tachtig van de twintigste eeuw, en de uitdrukking is veel ouder. Bovendien maken historische boeken nergens melding van het feit dat dit Amsterdamse pand vroeger een herberg zou zijn geweest. De verhalen die verbonden zijn aan herberg ’t Aepjen leggen vaak een verband met zeelui uit de Gouden Eeuw, maar dat kan niet kloppen, omdat in de aap gelogeerd zijn pas in 1861 voor het eerst op schrift is aangetroffen.
Stormaap
Er is nog een andere theorie over de herkomst van in de aap gelogeerd. Een aap of stormaap kon namelijk ook een scheepsterm zijn: dan werd er het stormbezaanstagzeil mee bedoeld. Als dat zeil gestreken was, zou dat een fijne plaats zijn geweest om in te kruipen en even te gaan slapen. Als de stormaap bijgezet moest worden, kwam er soms een zeeman slaperig tevoorschijn (en kreeg hij op zijn kop) of rolde hij uit het zeil. Dat was geen prettige manier om wakker te worden. In de aap gelogeerd zijn was volgens deze verklaring dus een negatieve ervaring doordat het moment van ontwaken plotseling en onprettig was.
Een iets andere verklaring is dat in de aap gelogeerd zijn eigenlijk betekende: als zeeman op zee zijn als de (storm)aap gezet was, dus: als de omstandigheden onaangenaam en gevaarlijk waren.
De verklaringen waarin de aap eigenlijk een zeil zou zijn, worden als onwaarschijnlijk(er) gezien. Als de gestreken stormaap inderdaad een populaire plaats was om stiekem een tukje te doen, is het raar dat dit feit in geen enkel (spreekwoorden)boek wordt genoemd. Het historische Woordenboek der Nederlandsche Taal (WNT) vermeldt niet over tukkende zeelui bij bezaansstagzeil en ook niet bij de zeiltermen aap en stormaap. Maar het is wél zeker dat er vroeger bij veel zaken uithangborden met afbeeldingen van dieren hingen. Dat in de aap gelogeerd daarop zinspeelt, ligt meer voor de hand.
Het WNT vermeldt trouwens dat in de aap gelogeerd misschien verband houdt met de Zuid-Nederlandse uitdrukking de aap zit er in de schouw. Dat betekende: ‘het is er niet pluis’ of ‘in dat huis is er veel ruzie’. In deze uitdrukking zou de aap voor de duivel staan. Ook voor deze derde theorie is geen bewijs te vinden.
Meer lezen?
- Spreekwoorden en zegswijzen afkomstig van oude gebruiken en volkszeden (1905)
- F.A. Stoett, Nederlandsche spreekwoorden, spreekwijzen, uitdrukkingen en gezegden (1923-1925)
- Tijdschrift Onze Taal (1942)
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!