Waar komt de uitdrukking een heitje voor een karweitje vandaan?
'Een heitje voor een karweitje' was het motto waaronder padvinders een karweitje kwamen doen.
Het Jiddische woord hei betekent 'vijf'; het gaat terug op de vijfde letter van het Hebreeuwse alfabet, hee, die 'vijf' als getalswaarde heeft. Het Etymologisch Woordenboek van het Nederlands (EWN) vermeldt dat heitje oorspronkelijk een Bargoens woord is. Het is een verkorting van heitbas ('vijf stuivers'). Een heitje was dus een kwartje. 'Een heitje voor een karweitje' was oorspronkelijk een slagzin voor een actie in de jaren vijftig waarbij padvinders allerlei klusjes deden om geld in te zamelen. Dankzij deze slagzin raakte heitje algemeen bekend.
Van Dale (2005) vermeldt nog een ander Bargoens woord waar heitje in zit: heitjespiejijzer. Het tweede deel gaat terug op tiejijs ('portefeuille', 'brandkast', 'tas'). Het betekent 'kwartjesvinder', 'kleine scharrelaar', 'klaploper', 'uitvreter'. Marc De Coster vermeldt het in zijn Woordenboek van populaire uitdrukkingen, clichés, kreten en slogans (2002) als heitje-piejijzer. Hij noemt ook nog heitjespooier, een benaming voor een souteneur die hoeren tegen een klein bedrag bescherming bood, ook wel kwartjespooier genoemd. De Coster vermeldt bovendien de uitdrukking op een heitje beginnen ('met weinig of niets beginnen').
Blij met deze uitleg?
Met een donatie van € 5 steun je Onze Taal. Bedankt!