‘Op Oudejaarsavond spelen we altijd gezelschapsspellen.’ Of zijn het gezelschapsspelen?

Spel heeft twee meervouden: spelen en spellen. De vorm met dubbel l komt voor als spel iets tastbaars is: het spel zoals je het kunt vastpakken, zoals het in de kast of in de winkel ligt. Ook kan spellen ‘partijen’ of ‘rondes’ betekenen. Voorbeelden:

• Kaartspellen kosten vaak maar een paar euro.
• Bart Smit heeft een enorm assortiment spellen voor jong en oud.
• We vragen Sinterklaas dit jaar maar eens een paar nieuwe spellen.
• Rummikub vinden we zo leuk dat we soms wel vijf spellen op een avond spelen.

In de overige, vaak abstractere betekenissen is het meervoud spelen juist:

• Canasta, pesten en poker zijn maar een paar van de vele soorten kaartspelen.
• Met gym was ik goed in alle balspelen, behalve voetbal.
• De Olympische Spelen omvatten veel sportdisciplines, maar niet alle.
• De Romeinen boden het volk brood en spelen.

In sommige zinnen past zowel de tastbare als de abstracte betekenis:

• Ondanks internet, tv en spelcomputers blijven bordspellen/bordspelen onverminderd populair.

Voor de zin ‘Op Oudejaarsavond spelen we altijd gezelschapsspelen’ lijkt de abstracte betekenis het meest voor de hand te liggen, maar de concrete betekenis (en dus het meervoud gezelschapsspellen) is niet fout.
De (veelvoorkomende) verkleinvorm is wel in beide gevallen spelletjes.