Zich inschrijven kun je met verschillende voorzetsels combineren: voor, aan, bij, in en op.

Voor (opleiding, wedstrijd)

Zich inschrijven voor betekent ‘zich opgeven om iets te krijgen of aan iets mee te doen’, bijvoorbeeld een vak, cursus, workshop, opleiding of wedstrijd:

  • Ik heb me ingeschreven voor de nieuwsbrief.
  • Ze heeft zich ingeschreven voor de wedstrijd.
  • Schrijf je in voor onze training!
  • Hij schrijft zich in voor de studie Nederlandse taal- en letterkunde.

Aan (instelling)

Zich inschrijven aan betekent dat je je opgeeft om aan iets mee te doen. Je kunt het combineren met de naam van een instituut of instelling waar bijvoorbeeld een opleiding of cursus wordt aangeboden:

  • Ik heb me ingeschreven aan de universiteit van Groningen.
  • Ze heeft zich net op tijd ingeschreven aan de hogeschool.
  • Ze hebben zich allebei ingeschreven aan de kappersacademie.

Bij (instelling, instantie, vereniging)

Zich inschrijven bij kun je combineren met een vereniging of club (‘zich aansluiten bij, zich aanmelden’), met een locatie of met de naam van een organisatie, instelling of instituut waar je je inschrijft:

  • Je kunt je inschrijven bij de gemeente.
  • U kunt u inschrijven bij het loket.
  • Ze heeft haar dochter ingeschreven bij de voetbalclub in de buurt.
  • Ze heeft zich net op tijd ingeschreven bij de hogeschool.
  • Ze hebben zich allebei ingeschreven bij de kappersacademie.

In (register)

(Zich) inschrijven in komt voor bij registers:

  • Zijn ze in het bevolkingsregister ingeschreven?
  • De arts heeft zich niet in het BIG-register ingeschreven.

Op (aanbesteding)

Inschrijven op (zonder zich, je of een ander wederkerend voornaamwoord) komt vaak in de betekenis ‘intekenen, een offerte doen’ voor bij aanbestedingen, lijsten en andere aanvragen:

  • De aannemer schreef in op de bouw van de tunnel.
  • We hebben ingeschreven op een staatslening.

Toch nog een vraag?

Onze taaladviseurs staan elke werkdag voor je klaar.

Stel hier je vraag