werkwoord | betekenis |
onvoltooid tegenwoordige tijd |
onvoltooid verleden tijd |
voltooid deelwoord |
occupyen | meedoen met de Occupy-beweging; bezetten | ik occupy, jij/hij occupyt | jij/hij occupyde | geoccupyd |
ocr'en | optische tekenherkenning door een scanner toepassen | ik ocr, jij/hij ocr't | jij/hij ocr'de | ge-ocr'd |
offsetten | drukken op een offsetpers | ik offset, jij/hij offset | jij/hij offsette | geoffset |
offshoren | laten produceren in lagelonenlanden | ik offshore, jij/hij offshoret | jij/hij offshorede | geoffshored |
omswitchen | omschakelen; overstappen | ik switch om, jij/hij switcht om | jij/hij switchte om | omgeswitcht |
omturnen | een andere wending geven; van mening doen veranderen | ik turn om, jij/hij turnt om | jij/hij turnde om | omgeturnd |
onshoren | in het eigen land (waar de hoofdvestiging van een onderneming is) laten uitvoeren | ik onshore, jij/hij onshoret | jij/hij onshorede | geonshored |
ontgooglen | Google-informatie onvindbaar maken | ik ontgoogle, jij/hij ontgooglet | jij/hij ontgooglede | ontgoogled |
Ook mogelijk, en in de officiële spelling alleen juist: ontgoogelen | ik ontgoogel, jij/hij ontgoogelt | jij/hij ontgoogelde | ontgoogeld | |
ontstressen | ontspannen, stress kwijtraken | ik ontstress, jij/hij ontstresst | jij/hij ontstresste | ontstresst |
Ook mogelijk, en in de officiële spelling alleen juist: | ik ontstres, jij/hij ontstrest | jij/hij ontstreste | ontstrest | |
oppimpen | oude (vervallen) voorwerpen (opzichtig) versieren | ik pimp op, jij/hij pimpt op | jij/hij pimpte op | opgepimpt |
optimizen | optimaal maken | ik optimize, jij/hij optimizet | jij/hij optimizede | geoptimized |
orderpicken | bestellingen samenstellen in een magazijn | ik orderpick, jij/hij orderpickt | jij/hij orderpickte | georderpickt |
organizen | organiseren; ordenen van leef- en/of werkomgeving | ik organize, jij/hij organizet | jij/hij organizede | georganized |
outen | iemands seksuele geaardheid bekendmaken | ik out, jij/hij out | jij/hij outte | geout |
outfaden | laten vervagen | ik outfade, jij/hij outfadet | jij/hij outfadede | geoutfaded |
outletshoppen | winkelen in outletwinkels | ik outletshop, jij/hij outletshopt | jij/hij outletshopte | geoutletshopt |
outletten | winkelen in outletwinkels | ik outlet, jij/hij outlet | jij/hij outlette | geoutlet |
outlinen | schetsen | ik outline, jij/hij outlinet | jij/hij outlinede | geoutlined |
outpacen | overtreffen | ik outpace, jij/hij outpacet | jij/hij outpacete | geoutpacet |
outperformen | overtreffen; het opvallend goed doen | iets/het fonds outperformt | iets/het fonds outperformde | geoutperformd |
outplacen | ontslaan en begeleiden naar een andere baan | ik outplace, jij/hij outplacet | jij/hij outplacete | geoutplacet |
outsourcen | uitbesteden | ik outsource, jij/hij outsourcet | jij/hij outsourcete | geoutsourcet |
outtasken | uitbesteden | ik outtask, jij/hij outtaskt | jij/hij outtaskte | geouttaskt |
overacten | acteren met overdreven stem en gebaren | ik overact, jij/hij overact | jij/hij overactte | geoveract |
overflowen | capaciteit overschrijden | ik overflow, jij/hij overflowt | jij/hij overflowde | overflowd |
overpoweren | met overmacht verslaan; met geweld overmeesteren | ik overpower, jij/hij overpowert | jij/hij overpowerde | overpowerd |
overrulen | overstemmen; met overmacht verslaan | ik overrule, jij/hij overrulet | jij/hij overrulede | overruled |
oversellen | meer verkopen dan men heeft | ik oversell, jij/hij oversellt | jij/hij oversellde | overselld |
Ook mogelijk, en in de officiële spelling alleen juist: | ik oversel, jij/hij overselt | jij/hij overselde | overseld | |
overstretchen | te sterk aanspannen | ik overstretch, jij/hij overstretcht | jij/hij overstretchte | overstretcht |
overtapen | iets over iets anders heen opnemen | ik tape over, jij/hij tapet over | jij/hij tapete over | overgetapet |
overviewen | samenvatten | ik overview, jij/hij overviewt | jij/hij overviewde | overviewd |