Het eerste Nederlandse woord
Taalrecorddag
23 augustus 2004
Wat was het eerste Nederlandse woord dat werd opgeschreven?
Bijna iedereen herkent wel de volgende regels: "Hebban olla vogala nestas hagunnan hinase hic enda thu wat unbidan we nu" ('Alle vogels zijn al aan het nestelen, behalve jij en ik; waar wachten we nog op?'). Het is een gedeelte uit een liefdesgedichtje dat een monnik rond 1100 neergekrabbeld zou hebben om zijn pen te testen. Voorzover bekend is dit het oudste Nederlandse zinnetje dat op papier staat.
Maar er zijn oudere Nederlandse woorden en namen bekend. De eerste duiken op in werken van Romeinen die de Germaanse cultuur beschrijven. Volgens het Chronologisch woordenboek (2001) van de etymologe Nicoline van der Sijs was het de geschiedschrijver Tacitus die in boek 5 van zijn Historiae het eerste Nederlandse woord noteerde: Vadam, de voorloper van wad. Dat deed hij al in het jaar 107 na Christus, dus zo'n duizend jaar voordat het "Hebban olla vogala"-zinnetje op papier werd gezet. Overigens gebruikt Tacitus Vadam niet voor de Waddeneilanden of de Waddenzee - die bestonden toen nog helemaal niet - maar voor een Gelderse plaats die tegenwoordig Wadenoijen wordt genoemd.
Na wad zijn de oudst bekende woorden volgens Van der Sijs twee (tussen 222 en 235 opgetekend met het woord Tuihanti, het huidige Twente) en trecht ('overvaart', 'doorwaadbare plaats', genoteerd in het jaar 300 met de plaatsnaam Traiecto, nu Utrecht).
Aanvullingen
-
Nieuwe oudste zin.
21 april 2005, Leiden
Voortschrijdend inzicht heeft de redactie van het Oudnederlands woordenboek ertoe gebracht om het volgende 'zinnetje' uit de Lex salica (de 'Salische wet', zesde eeuw) als het oudste te beschouwen:
"maltho thi afrio lito" ('ik zeg je: ik maak je vrij, halfvrije')
De formule werd uitgesproken bij het vrij verklaren van een laat, d.w.z. een halfvrij persoon.
De Lex salica bevat veel losse woorden (de zogenoemde Malbergse glossen), die altijd al als Oudnederlands werden beschouwd. Het werk bevat ook, maar dit is nog nooit expliciet naar voren gebracht, een bepaalde opeenvolging van glossen, die tezamen een zinnetje vormen. Eigenlijk is dit ook meteen het oudste Nederlandse zinnetje.
De redactie van het Oudnederlands Woordenboek,
W. Pijnenburg, A. Quak, T. Schoonheim & D. Wortel
Meer over de Salische Wet:
- Wikipedia
Meer over het Oudnederlands Woordenboek:
- Instituut voor Nederlandse Lexicologie
-
Oudste zin.
11 oktober 2004, Leiden
"Hebban olla uogala (...)" (ca. 1100) is niet het oudste Nederlandse zinnetje. Professor Van den Toorn heeft in een radicale bui in zijn Nederlandse Taalkunde (1974: 20-21) geschreven dat er buiten "Hebban olla uogala (...)" geen Oudnederlands bestaat. Hij beroofde ons daarmee van vijfhonderd jaar taalgeschiedenis en schiep een bijna onuitroeibare mythe m.b.t. dit zinnetje. Als we van een syntactisch geheel van meerdere woorden uitgaan, staat mogelijk in de zogenoemde Utrechtse doopbelofte (eind achtste eeuw) het oudste Nederlandse zinnetje, maar ook de Wachtendonckse psalmen (tiende eeuw) en de zogenoemde Leidse Willeram (eind elfde eeuw) - teksten vol volzinnen - zijn ouder dan het betreffende versje. Deze teksten zijn te vinden in het uit 1980 daterende Corpus van Middelnederlandse teksten (tot en met het jaar 1300), reeks II, deel 1-, waarin de tekstbezorger, dr. Maurits Gysseling, ook het Oudnederlands materiaal heeft opgenomen.
(Een deel van) de tekst van de Utrechtse doopbelofte luidt als volgt:
Forsachistu diabolae. & respondeat. ec forsacho diabolae.
end allum diobol gelde respondeat. end ec forsacho allum diobolgelde.
end allum dioboles uuercum respondeat. end ec forsacho allum diaboles uuercum and wordum thunaer ande uuoden ende saxnote ende allvm them unholdum the hira genotas sint.
'Verzaak je aan de duivel? En hij geve ten antwoord: ik verzaak aan de duivel.
en aan alle duivelsdienst? hij geve ten antwoord: en ik verzaak aan alle duivelsdienst.
en aan alle werken van de duivel? hij geve ten antwoord: en ik verzaak aan alle duivelswerken en -woorden, aan Donar en aan Wodan en Saksnoot en aan alle demonen die hun gezellen zijn'.
Overigens werd "Hebban olla uogala (...)" niet 'op papier' gezet, maar op perkament. Juist in de periode van het oudste Nederlands is er keus aan schriftdragers, zoals steen, been, metaal of hout (runeninscripties) en daarnaast nog perkament, maar dus geen papier.
Over wad: dat is misschien het oudste inheemse woord met betrekking tot de latere Nederlanden, maar het komt uit een periode dat het Germaans of in ieder geval het West-Germaans nog ongedeeld was. Als je dat als criterium zou nemen, zou men de runeninscriptie op de zwaardschede van Bergakker (ca. 450) als het oudste Nederlands kunnen beschouwen. Het enige woord met lexicologische waarde daarop is ann, de verleden tijd van unnan 'gunnen', dat daarmee het oudste Nederlandse woord zou zijn.
De redactie van het Oudnederlands Woordenboek,
W. Pijnenburg, A. Quak, T. Schoonheim & D. Wortel
-
Oudste zin.
22 april 2005, Leuven
Vreemd dat het volgende, tweetalige vers uit 1130, opgetekend in het evangeliarium van Munsterbilzen (begin negende eeuw) steeds weer over het hoofd wordt gezien in het rijtje van Oud-Nederlandse teksten!:
"Tesi samanunga vvas edele unde scona (et omnium virtutum pleniter plena)"
('deze (monniken)gemeenschap was edel en schoon')
Dit zinnetje behoort toch zeker wel tot ons oudste literatuurpatrimonium? Met meer reden dan "Hebban olla uogala (...)" uit 1100. Volgens een recente studie (Luc de Grauwe, Tijdschrift voor Nederlandse Taal- en Letterkunde, maart 2004, p. 44-56) zou dit West-Vlaamse vers eerder Kents, dus Oud-Engels zijn.
Er zijn overigens meer en meer aanwijzingen dat ook de Wachtendonckse Psalmen uit Munsterbilzen stammen. Zie ook TH. COUN & M. WIJNEN, 'De Wachtendonckse psalmen en het kapittel van Munsterbilzen', in Limburg-Het Oude Land van Loon 1998, p. 213-219.
Ik wil hierbij ook graag verwijzen naar het Taalmuseum in Bilzen, waarin nader wordt ingegaan op de oorsprong van het Nederlands en op het belang van de zogenoemde Bilzerse handschriften.
Met vriendelijke groet,
P. Slechten
-
Oudste woord.
24 april 2005
Over vadam, de voorloper van wad en volgens Nicoline van der Sijs het oudste woord van het Nederlands: dat woord klonk mij bekend in de oren. Momenteel ben ik bezig met een cursus Zweeds, en een woordenboek was voorhanden. Daarin komen voor:
- Vad,- 'doorwaadbare plaats, ondiepte'.
- Vada,- 'waden'.
Maar leuker om te lezen was het Zweedse werkwoord voor 'gunnen' (volgens de redacteuren van het Oudnederlands Woordenboek is een voorloper dáárvan - ann - ook te zien als oudste Nederlands). In Zweden is het hele werkwoord (att) unna. Niet belangrijk, maar wel leuk. - Jaap
Hebt u een aanvulling? Mail dan naar dossiers@onzetaal.nl. Vermeld indien mogelijk uit welke bron uw informatie afkomstig is. De interessantste reacties plaatsen wij op deze pagina.
De taalrecorddag op de Onze Taal Taalkalender werd geschreven door Raymond Noë en Saskia Aukema.
Terug naar de overzichtspagina van het dossier 'Taalrecords'.