Sybren Spit over taalverwerving en het Onze Taal-congres

“Wat ik heel interessant vind, is dat de basis van taal echt heel vroeg wordt gelegd. Hier heb ik dan ook mijn promotieonderzoek aan gewijd.

Om precies te zijn wilde ik weten of kleuters zich bewust zijn van wat ze leren, dus of ze doorhebben dat er allerlei regelmatigheden in de taal zitten en ook of ze er baat bij hebben om bewust die regels te leren. Er wordt namelijk vaak gedacht dat taalverwerving bij jonge kinderen onbewust gaat. Je praat gewoon heel veel tegen ze en dan opeens kunnen ze het, terwijl we weten dat het voor volwassenen heel veel zin heeft als ze uitleg krijgen over de werking van een nieuwe taal.

Een ander groot project waar ik aan gewerkt heb, is een onderzoek naar taalverwerving bij baby’s van zeven maanden. Voor dat onderzoek hebben we twee oudere studies bekeken die gingen over de vraag of baby’s grammaticale patronen herkennen en of ze deze kunnen leren. Deze studies hebben we herhaald om zo meer te weten te komen over een van de vroegste stadia van het leren van een taal, en hoeveel invloed dat heeft op het latere leven.

Het leuke aan het Onze Taal-congres vind ik dat je over dingen hoort waar je zelf niet zoveel mee te maken hebt. Iets wat mij heel erg interesseert is de dierentaal van Marjo van Koppen en Marlou Rasenberg. Een van de dingen die vaak worden gezegd is namelijk dat de taal van de mens zo uniek is. Toch blijkt veel hiervan ook wel ergens bij de dieren aanwezig te zijn.”