Page 7 - 03 Onze Taal mei-juni THEMA Taal en dier 2025 HR
P. 7
Hallo lezer!
Per Severin ( jaar), sinds lid van
Onze Taal, is docent aan de Rotterdamse
Volksuniversiteit. Welke rol speelt taal in
zijn leven?
Saskia Aukema Eelkje Colmjon
Vandaag staat er bij Per Severin zinsbouw op het
lesprogramma. Hij geeft Nederlandse les aan
cursisten uit de hele wereld: van Oekraïne tot
Australië.
De meesten van hen hebben al een redelijke
basiskennis en dat merkt Per: “Dan vertel ik dat de
persoonsvorm in een bijzin vaak achteraan staat:
‘omdat ik honger héb’, ‘omdat ik gewonnen héb’. En
dan is er altijd wel iemand die weet dat het ook kan
zijn: ‘omdat ik héb gewonnen’.” Of dan vraagt een
cursist opeens wat bakkie pleur precies is – die term
voor ‘kopje koffie’ hebben ze dan zelf opgepikt in het
Ro erdams van alledag.
“Ik doe dit werk bijna als hobby,” zegt Per, “want
ik ben vervroegd met pensioen gegaan.” Daarvoor
werkte hij jaar in het basisonderwijs, aanvankelijk
als onderwijzer en de laatste jaar als directeur van
de Ro erdamse Schoolvereniging. Ook daar was hij
betrokken bij taalonderwijs. Zo ontwikkelde hij
bijvoorbeeld een leergang zinsontleding: “Ik hou
erg van het geneuzel over kleine dingetjes: waarom
er achter mooi soms wel en soms niet een e staat
bijvoorbeeld.”
Per weet dankzij een cursus Zweeds hoe het is om
heel intensief een taal te leren. “Mijn Zweedse vader
sprak thuis vooral Nederlands. Nu kende ik door
regelmatige familiebezoekjes al wel wat Zweeds,
maar op een gegeven moment wilde ik mijn kennis
uitdiepen. Doordat ik zo geworsteld heb met de
grammatica, kan ik me nu makkelijker verplaatsen
in mijn cursisten.” Hij kijkt nog altijd graag naar een
Zweedse serie als Clark. De ondertitels gaan dan wel
aan: “Met al dat slang is het anders lastig te volgen.”
Een enkele keer haalt hij Onze Taal aan in de klas.
Zoals laatst met een luisteroefening met daarin een
Limburgs accent, “en in Onze Taal staat veel over
taalvariatie. Dat vind ik zelf ook het leukst in het
blad: met zo’n kaartje erbij en dat het dan in Neder-
land heel anders is dan in Vlaanderen.”
Soms vindt hij het jammer dat Onze Taal vooral
beschrijft en analyseert: “Als ik dan dingen zie als
me moeder of gossipen (‘roddelen’), dan betreur ik het
dat er geen organisatie is die actief strijdt voor het
behoud van de taal zoals die nu is. Want we mogen
best wat zuiniger zijn op het Nederlands.”
Onze Taal 7
OT_0325_07_Hallo lezer.indd 7 7 2 29-04-2025 09:30 0
-
9
-
d
d
3
:
2
0
0
9
4
2
5
0
O
H
a
_
0
7
l
l
e
l
o
_
_
0
T
n
i
.
2
5
ze
r
3