dinsdag 21 april 2015
 
 

florissant

betekenis

bloeiend, welvarend, gunstig, voorspoedig, rooskleurig

uitspraak

[flo-rie-sant]

citaat

"Zo is nu nog niet duidelijk wie het financiële gat van 1 miljoen euro bij het Muziekgebouw op moet vangen. Ook de Effenaar staat er financieel niet florissant voor."
Bron: Van Dorst: geen ja en geen nee tegen fusieplan Muziekgebouw (Studio 040, 17 april 2015)

woordfeit

Het Franse leenwoord florissant betekent letterlijk 'bloeiend': het is het tegenwoordig deelwoord van het Oudfranse werkwoord florir 'bloeien'. Dit gaat terug op het Latijnse florere 'bloeien', dat is afgeleid van het zelfstandig naamwoord flos 'bloem'. Aan datzelfde florere heeft het Nederlands ook floreren 'gedijen' (eigenlijk 'bloeien', maar dan figuurlijk gebruikt) te danken.

 
 
 
 


Taalboeken zijn snel en voordelig te bestellen via de Onze Taal-webwinkel.
 
 
   Aan-/afmelden  Archief  
 
  Woordpost is een gratis uitgave van het Genootschap Onze Taal. Deze nieuwsbrief verschijnt op dinsdag en donderdag.